Droogkuissector

Droogkuisbedrijven staan in voor het reinigen van textiel en gebruiken hierbij oplosmiddelen. Tetrachlooretheen (PER) is nog steeds het meest gebruikte oplosmiddel maar steeds meer droogkuisbedrijven schakelen over op één van de beschikbare alternatieve oplosmiddelen. Ondanks een sterke verbetering in het reinigingsvermogen van de alternatieve oplosmiddelen, is het niet mogelijk om PER volledig te vervangen. Bijkomend zijn van veel alternatieve oplosmiddelen de lange termijn gevolgen nog onvoldoende gekend. Om deze reden wordt voorgesteld om dezelfde voorwaarden te formuleren voor alternatieve oplosmiddelen als voor tetrachlooretheen.

Voor een verdere reductie van de emissies beschikken de moderne droogkuismachines reeds over de nodige technische vereisten om de emissies tot een minimum te beperken. Wel kan het automatiseren van een aantal processen de accidentele emissies verlagen zoals bijvoorbeeld een automatisch vulsysteem met overvulbeveiliging op de destillatie-eenheid waarbij het risico op morsen van het oplosmiddel (en bijhorende emissies) verlaagd wordt. Zeker zo belangrijk is het juist gebruik en correct onderhoud van de machines om voldoende lage emissies te garanderen. Deze maatregelen zijn daarom als BBT geselecteerd.

Een belangrijk aandachtspunt voor het beperken van emissies is het einde van het droogproces. Er moet namelijk voldoende lang gedroogd worden om het oplosmiddel maximaal het uit textiel te verwijderen alvorens de laaddeur ontgrendeld wordt. Het gebruik van een droogsensor voorkomt het vroegtijdig beëindingen van het droogproces en is onafhankelijk van het type textiel of de hoeveelheid textiel die gereinigd wordt. De aanwezigheid van een droogsensor werd als BBT geselecteerd. Het gebruik van een meetsysteem om de concentratie oplosmiddel te bepalen in de droogtrommel is een volwaardig alternatief voor de droogsensor maar is een aanzienlijk duurdere optie, terwijl het extra milieuvoordeel ten opzichte van de droogsensor onvoldoende gekend is. Op basis van de BBT-analyse wordt voorgesteld de huidige norm in VLAREM met betrekking tot de concentratie tetrachlooretheen boven pasgelost textiel (240 mg/m³) te schrappen, en te vervangen door bijkomende voorwaarden waaronder de aanwezigheid van een droogsensor.

Het lozen van onvoldoende gezuiverd contactwater is één van de belangrijkste historische bronnen van bodemverontreiniging bij droogkuisbedrijven. Droogkuisbedrijven beschikken vaak over onvoldoende kennis om het contactwater zelf kwalitatief te zuiveren. Het laten ophalen van dit contactwater samen met de andere solventrijke afvalstromen voorkomt het lozen van onvoldoende gezuiverd contactwater en werd daarom als BBT gelecteerd.