Bedrijfsafvalwater en niet-verontreinigd hemelwater zo veel mogelijk gescheiden houden bij ontwerpen, realiseren of aanpassen van bedrijfsriolering en voor niet-verontreinigd hemelwater voorkeur geven aan afvoerwijzen in afnemende graad van prioriteit

Proces(sen)

n.g. (niet gespecifieerd).

Beschrijving

Bedrijven zijn verplicht om het niet-verontreinigde hemelwater af te koppelen van de openbare riolering. Bedrijven waarvoor dit niet technisch haalbaar is, moeten dit uitdrukkelijk bewijzen.

De bedrijven moeten bij de afvoer van niet-verontreinigd hemelwater de voorkeur geven aan onderstaande afvoerwijzen, gerankschikt in afnemende graad van prioriteit:
1° opvang voor hergebruik;
2° infiltratie op eigen terrein;
3° buffering met vertraagd lozen in een oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater;
4° lozing in de regenwaterafvoerleiding (RWA) in de straat.

Ontwikkelingsstadium

Bewezen techniek.

Toepasbaarheid

Technische/economische beperkingen, vnl. bij bestaande installaties.

Voor- en nadelen milieu

Op deze manier wordt enkel nog het afvalwater afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallaties en niet langer een mengeling van afvalwater en hemelwater. Dit voorkomt dat via overstorten ongezuiverd afvalwater in het oppervlaktewater terechtkomt. De gescheiden afvoer zorgt er bovendien voor dat de RWZI’s geen sterk verdund afvalwater moeten verwerken bij hevige neerslag.

Financiële aspecten

Geen gegevens beschikbaar.