Voorspoelwater melkinstallatie

  • Aanmaakwater kunstmelk kalveren
  • indien niet aanwezig
Water gebruiken voor het oplossen van poeder voor de aanmaak van kunstmelk. Dit poeder is melkpoeder en/of weipoeder, met toevoeging van o.a. vetten en allerlei nuttige voedingsstoffen.
  • Drinkwater
  • indien niet aanwezig
Water aanwenden voor het drenken van de dieren.
  • Lozen op riool
  • indien niet aanwezig
Afvalwater afvoeren via een overdekt of onderaards kanaal.
  • Lozen op oppervlaktewater (biologische zuivering)
  • indien niet aanwezig
Afvalwaterzuivering heeft tot doel de concentratie van b.v. bezinkbare deeltjes, zwevende deeltjes, organische stoffen, stikstof (N), fosfor (P), zouten, bacteriën, etc. in het afvalwater te reduceren en het aldus geschikt maken voor bv. lozing op oppervlaktewater (water dat zich bovengronds vertoont).

Globaal genomen kan de behandeling van afvalwater in drie stappen gebeuren: voorzuivering, biologische hoofdzuivering en nazuivering. Voor wat betreft de biologische hoofdzuivering kan onderscheid gemaakt worden tussen plantensystemen (bv. percolatierietveld, vloeirietveld of wortelzonerietveld) en compactsystemen (bv. actief slibsysteem, aërobe biofilter (oxidatiebed, lavafilter), ondergedompelde beluchte filter of biorotor).
  • Opvangen in mestkelder
Mest (in vloeibare of vast vorm) dient in afwachting van de afvoer, verwerking of aanwending opgeslagen te worden. Er bestaan zowel tijdelijke als permanente constructies om mest te stockeren. Er wordt onderscheid gemaakt tussen opslag in mestkelders (interne mestopslag, vaak onder de stal), cirkelvormige bovengrondse tanks (mestsilo’s), foliebassins (lagunes voorzien van plastic folies uit b.v. polytheen of butylrubber) en mestzakken (geheel of gedeeltelijk bovengronds, opgebouwd uit kunststoffolies waarvan bodemafdichting en afdichting één geheel vormen). Bij mestopslagplaatsen op de boerderij kan onderscheid gemaakt worden tussen opslag in en buiten de stal.

De mestopslagcapaciteit moet voldoende zijn om de mest te kunnen opslaan tot het moment waarop deze verder kan worden verwerkt of op het land kan worden gebracht. De vereiste opslagcapaciteit is o.a. afhankelijk van de hoeveelheid mest die op het bedrijf wordt geproduceerd en de periode waarin de mest niet mag worden uitgereden.