Beschikbare milieuvriendelijke technieken

De belangrijkste milieuaandachtspunten voor de veeteeltsector zijn: watergebruik en afvalwater, emissies van nutriënten en geur en stof. Overige milieuaandachtspunten zijn energie en afval.

In dit deel worden de milieuvriendelijke maatregelen voor elk van de bovenvermelde milieuaandachtspunten besproken. Hierbij wordt ingegaan op de volgende items:

  • belangrijkste processtappen die de milieu-impact veroorzaken;
  • kwantitatieve inschatting van de impact door de veeteeltsector;
  • oplijsting/bespreking van de beschikbare milieuvriendelijke technieken.

Gezien huishoudelijk of sanitair water / afvalwater niet direct gelinkt is met de bedrijfsactiviteiten van een veeteeltbedrijf komt deze water/afvalwaterstroom niet in detail aan bod.

Toon enkel technieken...
Aspecten
...op...
Beste beschikbare techniek
Milieuvriendelijke techniekTechnische aspectenMilieuaspectenBBT
BewezenInterne veiligheidKwaliteitGlobaal - technischWaterverbruikAfvalwaterEmissies van nutriëntenStof en geurAfvalEnergie - elektriciteitsverbruikChemicaliënGeluid en trillingenGlobaal - milieuEconomisch
Rundveehouderij
Water
Opstellen van een waterbalansschemaJa 1
Grof vuil verwijderen door droog reinigenJa 2
Goed gebruik van de drinkwatervoorzieningJa 3
Optimaliseren van de spoelwaterhuishouding van de melkinstallatieJa 5
Gebruik maken van alternatieve waterbronnenJa 9
Afvalwater
Beperken van de sapverliezenJa 10
Vervuiling van de run-off van de kuilplaat beperken Ja 12
Perssappen en first flush van de kuilplaat opvangen en uitrijden op het landJa 14
Afvalwater dat mestdeeltjes bevat opvangen en uitrijden op het landJa 16
Melkspoelwater opvangen in de mestkelderJa 19
Afvalwater dat geen mestdeeltjes bevat, lozen op rioolJa 21
Afvalwater dat geen mestdeeltjes bevat, biologisch zuiveren en lozen op oppervlaktewaterNee 24
Gebruik maken van fosforvrije reinigingsproducten voor het reiniging van de melkwinningsapparatuurNee
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen beregenen op de weideJa 26
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen vertraagd afvoeren naar het oppervlaktewater Ja 27
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen laten infiltrerenNee 30
Emissies van nutriënten naar water, bodem en lucht
Opstellen van een nutriëntenbalansJa 31
Toepassen van precisievoedingJa 33
Vloerbevuiling zoveel mogelijk voorkomenJa 34
Toepassen van ammoniakemissiearme stalsystemenNee
Voldoende mestopslagcapaciteit voorzienJa 37
Afvloeiing van mest en/of mestsappen voorkomen bij externe mestopslag optimalisatie van de mestopslagJa 39
Mestaanwending afstemmen op de betrokken landbouwgrond, gewasbehoefte en klimatologische omstandighedenJa 40
Mest emissiearm aanwenden, nauwkeurig doseren en gelijkmatig verspreidenJa 42
Geur en stof
Optimaliseren van stallen en/of mestopslagplaatsen binnen de bedrijfslocatieJa 44
Plaatsen van een hoge trekschouw of verhogen van het emissiepuntNee 46
Vermengen van stallucht met verse luchtNee 48
Stallucht afzuigen en behandelen met een biofilterNee
Stallucht afzuigen en behandelen met een biotricklingfilterNee
Stallucht afzuigen en behandelen via katalytische oxidatieNee
Stallucht afzuigen en behandelen met een doekenfilterNee
Toevoegen van additieven aan de mestNee
Energie
Opstellen van energiebalans / uitvoeren van een energieauditJa 54
Optimaliseren van het ontwerp van het ventilatiesysteem in mechanisch geventileerde stallenJa 58
Regelmatige controle en reiniging van leidingen en ventilatoren in mechanisch geventileerde stallenJa 59
Gebruik maken van een melkpomp/vacuümpomp met een toerentalregelingJa 62
Gebruik maken van een voorkoeler Ja 64
Warmte recupereren uit de melkkoelerJa 65
Afval
Afvalstromen minimaliseren en volgens de meest aangewezen opties afvoerenJa 66
Varkenshouderij
Water
Opstellen van een waterbalansschemaJa 67
Grof vuil verwijderen door droog reinigenJa 68
Goed gebruik van de drinkwatervoorzieningJa 69
Gebruik maken van alternatieve waterbronnenJa 73
Afvalwater
Beperken van de sapverliezenJa 74
Vervuiling van de run-off van de kuilplaat beperkenJa 76
Perssappen en first flush van de kuilplaat opvangen en uitrijden op het landJa 78
Afvalwater dat mestdeeltjes bevat opvangen en uitrijden op het landJa 80
Afvalwater dat geen mestdeeltjes bevat, lozen op rioolJa 82
Afvalwater dat geen mestdeeltjes bevat, biologisch zuiveren en lozen op oppervlaktewater
Gebruik maken van fosforvrije reinigingsproducten voor het reiniging van de melkwinningsapparatuurNee
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen beregenen op de weideJa 84
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen vertraagd afvoeren naar het oppervlaktewaterJa 85
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen laten infiltrerenNee 88
Emissies van nutriënten naar water, bodem en lucht
Opstellen van een nutriëntenbalansJa 89
Toepassen van precisievoedingJa 91
Vloerbevuiling zoveel mogelijk voorkomenJa 92
Toepassen van ammoniakemissiearme stalsystemenJa 93
Voldoende mestopslagcapaciteit voorzienJa 95
Afvloeiing van mest en/of mestsappen voorkomen bij externe mestopslag optimalisatie van de mestopslagJa 97
Mestaanwending afstemmen op de betrokken landbouwgrond, gewasbehoefte en klimatologische omstandighedenJa 98
Mest emissiearm aanwenden, nauwkeurig doseren en gelijkmatig verspreidenJa 100
Geur en stof
Optimaliseren van stallen en/of mestopslagplaatsen binnen de bedrijfslocatieJa 102
Plaatsen van een hoge trekschouw of verhogen van het emissiepuntNee 104
Vermengen van stallucht met verse luchtNee 106
Stallucht afzuigen en behandelen met een gaswasserJa 110
Stallucht afzuigen en behandelen met een biofilterNee
Stallucht afzuigen en behandelen met een biotricklingfilterNee
Stallucht afzuigen en behandelen via katalytische oxidatieNee
Stallucht afzuigen en behandelen met een doekenfilterNee
Toevoegen van additieven aan de mestNee
Energie
Opstellen van energiebalans / uitvoeren van een energieauditJa 116
Optimaliseren van het ontwerp van het ventilatiesysteem in mechanisch geventileerde stallenJa 120
Regelmatige controle en reiniging van leidingen en ventilatoren in mechanisch geventileerde stallenJa 121
Afval
Afvalstromen minimaliseren en volgens de meest aangewezen opties afvoerenJa 122
Pluimveehouderij
Water
Opstellen van een waterbalansschemaJa 123
Grof vuil verwijderen door droog reinigenJa 124
Goed gebruik van de drinkwatervoorzieningJa 125
Gebruik maken van alternatieve waterbronnenJa 129
Afvalwater
Beperken van de sapverliezenJa 130
Vervuiling van de run-off van de kuilplaat beperkenJa 132
Perssappen en first flush van de kuilplaat opvangen en uitrijden op het landJa 134
Afvalwater dat mestdeeltjes bevat opvangen en uitrijden op het landJa 136
Afvalwater dat geen mestdeeltjes bevat, lozen op rioolJa 138
Afvalwater dat geen mestdeeltjes bevat, biologisch zuiveren en lozen op oppervlaktewater
Gebruik maken van fosforvrije reinigingsproducten voor het reiniging van de melkwinningsapparatuurNee
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen beregenen op de weideJa 140
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen vertraagd afvoeren naar het oppervlaktewaterJa 141
Verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat en run-off van niet met mest bevuilde materialen laten infiltrerenNee 144
Emissies van nutriënten naar water, bodem en lucht
Opstellen van een nutriëntenbalansJa 145
Toepassen van precisievoedingJa 147
Vloerbevuiling zoveel mogelijk voorkomenJa 148
Toepassen van ammoniakemissiearme stalsystemenJa 149
Voldoende mestopslagcapaciteit voorzienJa 151
Afvloeiing van mest en/of mestsappen voorkomen bij externe mestopslag optimalisatie van de mestopslagJa 153
Mestaanwending afstemmen op de betrokken landbouwgrond, gewasbehoefte en klimatologische omstandighedenJa 154
Mest emissiearm aanwenden, nauwkeurig doseren en gelijkmatig verspreidenJa 156
Geur en stof
Optimaliseren van stallen en/of mestopslagplaatsen binnen de bedrijfslocatieJa 158
Plaatsen van een hoge trekschouw of verhogen van het emissiepuntNee 160
Vermengen van stallucht met verse luchtNee 162
Stallucht afzuigen en behandelen met een gaswasserJa 166
Stallucht afzuigen en behandelen met een biofilterNee
Stallucht afzuigen en behandelen met een biotricklingfilterNee
Stallucht afzuigen en behandelen via katalytische oxidatieNee
Stallucht afzuigen en behandelen met een doekenfilterNee
Toevoegen van additieven aan de mestNee
Energie
Opstellen van energiebalans / uitvoeren van een energieauditJa 172
Optimaliseren van het ontwerp van het ventilatiesysteem in mechanisch geventileerde stallenJa 176
Regelmatige controle en reiniging van leidingen en ventilatoren in mechanisch geventileerde stallenJa 177
Afval
Afvalstromen minimaliseren en volgens de meest aangewezen opties afvoerenJa 178
  • Legende
  • +
    Positief effect
  • -
    Negatief effect
  • --
    Zeer negatief effect
  • -/?
    Mogelijk negatief effect
  • +/-
    Enerzijds negatief, anderzijds positief effect

1 In nieuwe en bestaande installaties

2 In nieuwe en bestaande installaties

3 In nieuwe en bestaande installaties

4 Driewegklep in een bestaande melkinstallatie is globaal genomen economisch haalbaar

De economische haalbaarheid van een alternatieve reinigingsinstallatie dient van geval tot geval geëvalueerd te worden

5 BBT voor melkveebedrijven

6 Bij het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) kan afval (b.v. slib) vrijkomen

7 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen energie

8 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen chemicaliën

9 In nieuwe en bestaande installaties

10 BBT voor veeteeltbedrijven die gebruik maken van kuilvoer

11 Technisch haalbaar voor alle veeteeltbedrijven die een nieuwe kuilplaat aanleggen

Organisatorische maatregelen (b.v. de kuilplaat proper houden door schoonvegen en de kuil na elk gebruik goed af te sluiten) zijn technisch haalbaar bij een bestaande kuilplaat

12 BBT voor alle veeteeltbedrijven die een nieuwe kuilplaat aanleggen; het proper houden van de kuilplaat door schoonvegen en het goed afsluiten van de kuil na elk gebruik is BBT voor alle veeteeltbedrijven met een kuilplaat.

13 Volgens expertinschatting economisch haalbaar bij nieuwbouw kuilplaten

Bij bestaande kuilplaten is de economische haalbaarheid van geval tot geval te evalueren

14 BBT bij nieuwbouw kuilplaten; BBT bij bestaande kuilplaten, tenzij kan worden aangetoond dat het scheidingssysteem in het concrete geval niet economisch haalbaar is

15 Technisch haalbaar voor mestsappen

16 In nieuwe en bestaande installaties

17 Technisch haalbaar voor alle melkveebedrijven op voorwaarde dat voldaan is aan de juridische bepalingen van de mestwetgeving (o.a. definitie van dierlijk mest) en op voorwaarde dat de opslagcapaciteit aangepast wordt.

18 in een beperkt aantal gevallen zou het economisch aantrekkelijker zijn om het afvalwater biologisch te zuiveren in de plaats van te voorzien in bijkomende mestopslagcapaciteit

19 In nieuwe en bestaande installaties

20 Technisch haalbaar voor de veeteeltbedrijven gelegen in zuiveringszone A (gerioleerd en gezuiverd) of zuiveringszone B (gerioleerd en zuivering gepland), op voorwaarde dat de werking van de RWZI niet in het gedrang komt

Niet technisch haalbaar voor veeteeltbedrijven gelegen in zuiveringszone C (gerioleerd maar zuivering niet gepland) of in niet gerioleerd gebied

21 BBT indien aansluiting op riool technisch haalbaar is en toegestaan is door de bevoegde overheid

22 Technisch haalbaar voor alle melkveebedrijven

23 Een KWZI (b.v. percolatierietveld en actief slibsysteem) wordt op sectorniveau niet als economisch haalbaar beoordeeld, zelfs niet indien 40% VLIF-steun wordt toegekend; in specifieke situaties is het toepassen van een KWZI in vergelijking met het uitrijden van "extra mest" op het land wel economisch haalbaar

24 Omwille van lokale condities kan voor een individueel bedrijf geopteerd worden om een KWZI te implementeren

25 Anno 2005 nog niet beschikbaar in Vlaanderen, omwille van praktische en commerciële redenen

26 BBT in het geval van zuiver kuilvoeder (zonder bijmenging van b.v. nevenstromen uit de voedingsnijverheid), en op voorwaarde dat vervuiling van deze afvalwaterstromen zoveel mogelijk wordt vermeden en dat het first flushsysteem optimaal is afgesteld (verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat) / een voldoende grote bezinkput wordt voorzien (run-off van niet met mest bevuilde materialen).

27 BBT in het geval van zuiver kuilvoeder (zonder bijmenging van b.v. nevenstromen uit de voedingsnijverheid), en op voorwaarde dat vervuiling van deze afvalstromen zoveel mogelijk wordt vermeden en dat het first flushsysteem optimaal is afgesteld (verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat) / een voldoende grote bezinkput wordt voorzien (run-off van niet met mest bevuilde materialen). Opmerking VMM, zie bijlage 5.

28 Lokale omstandigheden kunnen het toepassen van infiltratievoorzieningen onmogelijk maken

29 Reële kans op puntvervuiling

30 Ondanks een positieve beoordeling geen BBT vermits de 2 voorgaande technieken (beregenen op de weide en vertraagd afvoeren naar het oppervlaktewater) een lager risico op milieuvervuiling inhouden. Opmerking VMM, zie bijlage 5.

31 In nieuwe en bestaande installaties

32 Door het aanpassen van de grondstoffen die gebruikt worden voor de aanmaak van droog voeder en/of door het toepassen van brijvoeder kan de emissie van stof beperkt worden

33 In nieuwe en bestaande installaties

34 In nieuwe en bestaande installaties

35 het aantal ammoniakemissiearme staltechnieken voor rundvee is beperkt: enkel voor melkvee zijn er een tweetal beschikbaar, die bovendien in Vlaanderen technisch gezien moeilijk haalbaar zijn; voor vleeskalveren zijn er geen ammoniakemissiearme stalsystemen beschikbaar

36 In een beperkt aantal gevallen zou het economisch aantrekkelijker zijn om het afvalwater biologisch te zuiveren in de plaats van te voorzien in bijkomende mestopslagcapaciteit

37 In nieuwe en bestaande installaties

38 soort en uitvoeringsvorm van externe mestopslag zijn afhankelijk van het soort mest en de bedrijfsspecifieke omstandigheden en worden best van geval tot geval bepaald

39 In nieuwe en bestaande installaties

40 In nieuwe en bestaande installaties

41 In theorie technisch haalbaar; iedere mestverspreidingstechniek heeft echter voor- en nadelen en is niet voor elke meststof en/of op alle soorten landbouwgrond toepasbaar

42 In nieuwe en bestaande installaties

43 Technisch haalbaar voor nieuwe stallen en/of nieuwe mestopslagplaatsen

44 BBT voor nieuwe stallen en/of mestopslagplaatsen

45 Geen efficiënte geurverwijderingtechniek, maar kan bij lokale geurhinder wel een oplossing bieden

46 In uitzonderlijke gevallen toepasbaar bij bestaande stallen, waarbij een lokaal geurhinderprobleem verdergaande maatregelen vereist

47 Geen efficiënte geurverwijderingtechniek, maar kan bij lokale geurhinder wel een oplossing bieden

48 In uitzonderlijke gevallen toepasbaar bij bestaande stallen, waarbij een lokaal geurhinderprobleem verdergaande maatregelen vereist

49 Technisch haalbaar bij mechanisch geventileerde stallen, mits goede bedrijfsvoering en als nageschakelde techniek voor verregaande geurverwijdering in combinatie met een gaswasser

50 Voornamelijk gunstig effect op geuremissie

51 In theorie een bewezen techniek, maar uit de praktijk blijkt dat het toepassen van een biotricklingfilter in de veeteeltsector niet praktisch haalbaar is omwille van de complexe bedrijfsvoering

52 In theorie een bewezen techniek, maar uit de praktijk blijkt dat het toepassen van katalytische oxidatie in de veeteeltsector niet praktisch haalbaar is omwille van de complexe bedrijfsvoering

53 Volgens expertinschatting niet technisch haalbaar; centrale luchtafzuiging niet technisch haalbaar bij bestaande stallen met mechanische ventilatie; bijkomend onderzoek aangewezen voor het oplossen van de technische problemen die zich anno 2005 voordoen in de praktijk bij het toepassen van een doekenfilter in de veeteeltsector

54 In nieuwe en bestaande installaties

55 Technisch haalbaar bij nieuwbouwstallen

56 Emissies van nutriënten zijn te beperken door het toepassen van end-of-pipe luchtbehandelingstechnieken

57 Stof- en/of geurdeeltjes zijn te beperken door het toepassen van end-of-pipe luchtbehandelingstechnieken

58 BBT bij alle veeteeltbedrijven met nieuwbouwstallen

59 In nieuwe en bestaande installaties

60 Technisch haalbaar bij alle melkveebedrijven

61 Economisch haalbaar voor een nieuwe melkinstallatie

Economische haalbaarheid bij bestaande melkinstallaties van geval tot geval te evalueren

62 BBT voor alle melkveebedrijven met een nieuwe melkinstallatie

63 technisch haalbaar voor alle melkveebedrijven met een nieuwe melkinstallatie

64 BBT voor alle melkveebedrijven met een nieuwe melkinstallatie

65 In nieuwe en bestaande installaties

66 In nieuwe en bestaande installaties

67 In nieuwe en bestaande installaties

68 In nieuwe en bestaande installaties

69 In nieuwe en bestaande installaties

70 Bij het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) kan afval (b.v. slib) vrijkomen

71 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen energie

72 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen chemicaliën

73 In nieuwe en bestaande installaties

74 BBT voor veeteeltbedrijven die gebruik maken van kuilvoer

75 Technisch haalbaar voor alle veeteeltbedrijven die een nieuwe kuilplaat aanleggen

Organisatorische maatregelen (b.v. de kuilplaat proper houden door schoonvegen en de kuil na elk gebruik goed af te sluiten) zijn technisch haalbaar bij een bestaande kuilplaat

76 BBT voor alle veeteeltbedrijven die een nieuwe kuilplaat aanleggen; het proper houden van de kuilplaat door schoonvegen en het goed afsluiten van de kuil na elk gebruik is BBT voor alle veeteeltbedrijven met een kuilplaat.

77 Volgens expertinschatting economisch haalbaar bij nieuwbouw kuilplaten

Bij bestaande kuilplaten is de economische haalbaarheid van geval tot geval te evalueren

78 BBT bij nieuwbouw kuilplaten; BBT bij bestaande kuilplaten, tenzij kan worden aangetoond dat het scheidingssysteem in het concrete geval niet economisch haalbaar is

79 Technisch haalbaar voor mestsappen

80 In nieuwe en bestaande installaties

81 Technisch haalbaar voor de veeteeltbedrijven gelegen in zuiveringszone A (gerioleerd en gezuiverd) of zuiveringszone B (gerioleerd en zuivering gepland), op voorwaarde dat de werking van de RWZI niet in het gedrang komt

Niet technisch haalbaar voor veeteeltbedrijven gelegen in zuiveringszone C (gerioleerd maar zuivering niet gepland) of in niet gerioleerd gebied

82 BBT indien aansluiting op riool technisch haalbaar is en toegestaan is door de bevoegde overheid

83 Anno 2005 nog niet beschikbaar in Vlaanderen, omwille van praktische en commerciële redenen

84 BBT in het geval van zuiver kuilvoeder (zonder bijmenging van b.v. nevenstromen uit de voedingsnijverheid), en op voorwaarde dat vervuiling van deze afvalwaterstromen zoveel mogelijk wordt vermeden en dat het first flushsysteem optimaal is afgesteld (verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat) / een voldoende grote bezinkput wordt voorzien (run-off van niet met mest bevuilde materialen).

85 BBT in het geval van zuiver kuilvoeder (zonder bijmenging van b.v. nevenstromen uit de voedingsnijverheid), en op voorwaarde dat vervuiling van deze afvalstromen zoveel mogelijk wordt vermeden en dat het first flushsysteem optimaal is afgesteld (verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat) / een voldoende grote bezinkput wordt voorzien (run-off van niet met mest bevuilde materialen). Opmerking VMM, zie bijlage 5.

86 Lokale omstandigheden kunnen het toepassen van infiltratievoorzieningen onmogelijk maken

87 Reële kans op puntvervuiling

88 Ondanks een positieve beoordeling geen BBT vermits de 2 voorgaande technieken (beregenen op de weide en vertraagd afvoeren naar het oppervlaktewater) een lager risico op milieuvervuiling inhouden. Opmerking VMM, zie bijlage 5.

89 In nieuwe en bestaande installaties

90 Door het aanpassen van de grondstoffen die gebruikt worden voor de aanmaak van droog voeder en/of door het toepassen van brijvoeder kan de emissie van stof beperkt worden

91 In nieuwe en bestaande installaties

92 In nieuwe en bestaande installaties

93 BBT bij nieuwbouwstallen voor varkens, volgens de specificaties gegeven in bijlage I van het Ministrieel Besluit van 19/03/2004

94 In een beperkt aantal gevallen zou het economisch aantrekkelijker zijn om het afvalwater biologisch te zuiveren in de plaats van te voorzien in bijkomende mestopslagcapaciteit

95 In nieuwe en bestaande installaties

96 soort en uitvoeringsvorm van externe mestopslag zijn afhankelijk van het soort mest en de bedrijfsspecifieke omstandigheden en worden best van geval tot geval bepaald

97 In nieuwe en bestaande installaties

98 In nieuwe en bestaande installaties

99 In theorie technisch haalbaar; iedere mestverspreidingstechniek heeft echter voor- en nadelen en is niet voor elke meststof en/of op alle soorten landbouwgrond toepasbaar

100 In nieuwe en bestaande installaties

101 Technisch haalbaar voor nieuwe stallen en/of nieuwe mestopslagplaatsen

102 BBT voor nieuwe stallen en/of mestopslagplaatsen

103 Geen efficiënte geurverwijderingtechniek, maar kan bij lokale geurhinder wel een oplossing bieden

104 In uitzonderlijke gevallen toepasbaar bij bestaande stallen, waarbij een lokaal geurhinderprobleem verdergaande maatregelen vereist

105 Geen efficiënte geurverwijderingtechniek, maar kan bij lokale geurhinder wel een oplossing bieden

106 In uitzonderlijke gevallen toepasbaar bij bestaande stallen, waarbij een lokaal geurhinderprobleem verdergaande maatregelen vereist

107 Technisch haalbaar voor alle mechanisch geventileerde nieuwbouwstallen

108 voornamelijk gunstig effect op ammoniakemissie

109 Economisch haalbaar bij nieuwbouwstallen voor diercategorieën waarvoor nog geen AEA-stalsystemen in bijlage I van het Ministrieel Besluit van 19/03/2004 zijn opgenomen en indien naast de emissie vanuit de stal nog bijkomende emissiebronnen aangepakt moeten worden (b.v. mestverwerking door middel van droging)

Economische haalbaarheid bij bestaande stallen van geval tot geval te evalueren; de kosten zijn sterk afhankelijk van de specifieke staluitvoering, b.v. luchtinlaat, luchtafvoersysteem en stalindeling

110 BBT bij mechanisch geventileerde nieuwbouwstallen voor diercategorieën waarvoor nog geen AEA-stalsystemen in bijlage I van het Ministrieel Besluit van 19/03/2004 zijn opgenomen en indien naast de emissie vanuit de stal nog bijkomende emissiebronnen aangepakt moeten worden (b.v. mestverwerking door middel van droging)

111 Technisch haalbaar bij mechanisch geventileerde stallen, mits goede bedrijfsvoering en als nageschakelde techniek voor verregaande geurverwijdering in combinatie met een gaswasser

112 Voornamelijk gunstig effect op geuremissie

113 In theorie een bewezen techniek, maar uit de praktijk blijkt dat het toepassen van een biotricklingfilter in de veeteeltsector niet praktisch haalbaar is omwille van de complexe bedrijfsvoering

114 In theorie een bewezen techniek, maar uit de praktijk blijkt dat het toepassen van katalytische oxidatie in de veeteeltsector niet praktisch haalbaar is omwille van de complexe bedrijfsvoering

115 Volgens expertinschatting niet technisch haalbaar; centrale luchtafzuiging niet technisch haalbaar bij bestaande stallen met mechanische ventilatie; bijkomend onderzoek aangewezen voor het oplossen van de technische problemen die zich anno 2005 voordoen in de praktijk bij het toepassen van een doekenfilter in de veeteeltsector

116 In nieuwe en bestaande installaties

117 Technisch haalbaar bij nieuwbouwstallen

118 Emissies van nutriënten zijn te beperken door het toepassen van end-of-pipe luchtbehandelingstechnieken

119 Stof- en/of geurdeeltjes zijn te beperken door het toepassen van end-of-pipe luchtbehandelingstechnieken

120 BBT bij alle veeteeltbedrijven met nieuwbouwstallen

121 In nieuwe en bestaande installaties

122 In nieuwe en bestaande installaties

123 In nieuwe en bestaande installaties

124 In nieuwe en bestaande installaties

125 In nieuwe en bestaande installaties

126 Bij het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) kan afval (b.v. slib) vrijkomen

127 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen energie

128 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen chemicaliën

129 In nieuwe en bestaande installaties

130 BBT voor veeteeltbedrijven die gebruik maken van kuilvoer

131 Technisch haalbaar voor alle veeteeltbedrijven die een nieuwe kuilplaat aanleggen

Organisatorische maatregelen (b.v. de kuilplaat proper houden door schoonvegen en de kuil na elk gebruik goed af te sluiten) zijn technisch haalbaar bij een bestaande kuilplaat

132 BBT voor alle veeteeltbedrijven die een nieuwe kuilplaat aanleggen; het proper houden van de kuilplaat door schoonvegen en het goed afsluiten van de kuil na elk gebruik is BBT voor alle veeteeltbedrijven met een kuilplaat.

133 Volgens expertinschatting economisch haalbaar bij nieuwbouw kuilplaten

Bij bestaande kuilplaten is de economische haalbaarheid van geval tot geval te evalueren

134 BBT bij nieuwbouw kuilplaten; BBT bij bestaande kuilplaten, tenzij kan worden aangetoond dat het scheidingssysteem in het concrete geval niet economisch haalbaar is

135 Technisch haalbaar voor mestsappen

136 In nieuwe en bestaande installaties

137 Technisch haalbaar voor de veeteeltbedrijven gelegen in zuiveringszone A (gerioleerd en gezuiverd) of zuiveringszone B (gerioleerd en zuivering gepland), op voorwaarde dat de werking van de RWZI niet in het gedrang komt

Niet technisch haalbaar voor veeteeltbedrijven gelegen in zuiveringszone C (gerioleerd maar zuivering niet gepland) of in niet gerioleerd gebied

138 BBT indien aansluiting op riool technisch haalbaar is en toegestaan is door de bevoegde overheid

139 Anno 2005 nog niet beschikbaar in Vlaanderen, omwille van praktische en commerciële redenen

140 BBT in het geval van zuiver kuilvoeder (zonder bijmenging van b.v. nevenstromen uit de voedingsnijverheid), en op voorwaarde dat vervuiling van deze afvalwaterstromen zoveel mogelijk wordt vermeden en dat het first flushsysteem optimaal is afgesteld (verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat) / een voldoende grote bezinkput wordt voorzien (run-off van niet met mest bevuilde materialen).

141 BBT in het geval van zuiver kuilvoeder (zonder bijmenging van b.v. nevenstromen uit de voedingsnijverheid), en op voorwaarde dat vervuiling van deze afvalstromen zoveel mogelijk wordt vermeden en dat het first flushsysteem optimaal is afgesteld (verdunde fractie van de run-off van de kuilplaat) / een voldoende grote bezinkput wordt voorzien (run-off van niet met mest bevuilde materialen). Opmerking VMM, zie bijlage 5.

142 Lokale omstandigheden kunnen het toepassen van infiltratievoorzieningen onmogelijk maken

143 Reële kans op puntvervuiling

144 Ondanks een positieve beoordeling geen BBT vermits de 2 voorgaande technieken (beregenen op de weide en vertraagd afvoeren naar het oppervlaktewater) een lager risico op milieuvervuiling inhouden. Opmerking VMM, zie bijlage 5.

145 In nieuwe en bestaande installaties

146 Door het aanpassen van de grondstoffen die gebruikt worden voor de aanmaak van droog voeder en/of door het toepassen van brijvoeder kan de emissie van stof beperkt worden

147 In nieuwe en bestaande installaties

148 In nieuwe en bestaande installaties

149 BBT bij nieuwbouwstallen voor pluimvee, volgens de specificaties gegeven in bijlage I van het Ministrieel Besluit van 19/03/2004

150 In een beperkt aantal gevallen zou het economisch aantrekkelijker zijn om het afvalwater biologisch te zuiveren in de plaats van te voorzien in bijkomende mestopslagcapaciteit

151 In nieuwe en bestaande installaties

152 soort en uitvoeringsvorm van externe mestopslag zijn afhankelijk van het soort mest en de bedrijfsspecifieke omstandigheden en worden best van geval tot geval bepaald

153 In nieuwe en bestaande installaties

154 In nieuwe en bestaande installaties

155 In theorie technisch haalbaar; iedere mestverspreidingstechniek heeft echter voor- en nadelen en is niet voor elke meststof en/of op alle soorten landbouwgrond toepasbaar

156 In nieuwe en bestaande installaties

157 Technisch haalbaar voor nieuwe stallen en/of nieuwe mestopslagplaatsen

158 BBT voor nieuwe stallen en/of mestopslagplaatsen

159 Geen efficiënte geurverwijderingtechniek, maar kan bij lokale geurhinder wel een oplossing bieden

160 In uitzonderlijke gevallen toepasbaar bij bestaande stallen, waarbij een lokaal geurhinderprobleem verdergaande maatregelen vereist

161 Geen efficiënte geurverwijderingtechniek, maar kan bij lokale geurhinder wel een oplossing bieden

162 In uitzonderlijke gevallen toepasbaar bij bestaande stallen, waarbij een lokaal geurhinderprobleem verdergaande maatregelen vereist

163 Technisch haalbaar voor alle mechanisch geventileerde nieuwbouwstallen

164 voornamelijk gunstig effect op ammoniakemissie

165 Economisch haalbaar bij nieuwbouwstallen voor diercategorieën waarvoor nog geen AEA-stalsystemen in bijlage I van het Ministrieel Besluit van 19/03/2004 zijn opgenomen en indien naast de emissie vanuit de stal nog bijkomende emissiebronnen aangepakt moeten worden (b.v. mestverwerking door middel van droging)

Economische haalbaarheid bij bestaande stallen van geval tot geval te evalueren; de kosten zijn sterk afhankelijk van de specifieke staluitvoering, b.v. luchtinlaat, luchtafvoersysteem en stalindeling

166 BBT bij mechanisch geventileerde nieuwbouwstallen voor diercategorieën waarvoor nog geen AEA-stalsystemen in bijlage I van het Ministrieel Besluit van 19/03/2004 zijn opgenomen en indien naast de emissie vanuit de stal nog bijkomende emissiebronnen aangepakt moeten worden (b.v. mestverwerking door middel van droging)

167 Technisch haalbaar bij mechanisch geventileerde stallen, mits goede bedrijfsvoering en als nageschakelde techniek voor verregaande geurverwijdering in combinatie met een gaswasser

168 Voornamelijk gunstig effect op geuremissie

169 In theorie een bewezen techniek, maar uit de praktijk blijkt dat het toepassen van een biotricklingfilter in de veeteeltsector niet praktisch haalbaar is omwille van de complexe bedrijfsvoering

170 In theorie een bewezen techniek, maar uit de praktijk blijkt dat het toepassen van katalytische oxidatie in de veeteeltsector niet praktisch haalbaar is omwille van de complexe bedrijfsvoering

171 Volgens expertinschatting niet technisch haalbaar; centrale luchtafzuiging niet technisch haalbaar bij bestaande stallen met mechanische ventilatie; bijkomend onderzoek aangewezen voor het oplossen van de technische problemen die zich anno 2005 voordoen in de praktijk bij het toepassen van een doekenfilter in de veeteeltsector

172 In nieuwe en bestaande installaties

173 Technisch haalbaar bij nieuwbouwstallen

174 Emissies van nutriënten zijn te beperken door het toepassen van end-of-pipe luchtbehandelingstechnieken

175 Stof- en/of geurdeeltjes zijn te beperken door het toepassen van end-of-pipe luchtbehandelingstechnieken

176 BBT bij alle veeteeltbedrijven met nieuwbouwstallen

177 In nieuwe en bestaande installaties

178 In nieuwe en bestaande installaties