Water
Beschrijving
Water wordt in de pluimveehouderij voor verschillende toepassingen gebruikt, nl.
- drinkwater;
- reinigingswater voor stallen;
- reinigingswater voor materialen en landbouwmachines; ;
- evt. spoelwater voor ontkalking en/of ontijzering van (ijzerhoudend ondiep) grondwater.
Kwantitatieve inschatting
Het watergebruik door de Vlaamse landbouw in 2002 wordt, op basis van de informatie uit de VMM databank, geschat op ongeveer 38 miljoen m³. Hierbij dient opgemerkt te worden dat enkel de landbouwbedrijven die de heffingsregeling van de grootverbruikers (zie paragraaf 2.6.1.a) toepassen in rekening gebracht worden. Vermoedelijk ligt het effectief waterverbruik door de Vlaamse landbouw (inclusief glastuinbouwsector, exclusief beregening openluchtteelten en grasland [1] ) op ongeveer 50 miljoen m³. 60% wordt toegeschreven aan de veeteeltsector. Het aandeel van de rundvee- en varkenshouderij worden ingeschat op 27%, respectievelijk 26%. De pluimveesector verbruikt naar schatting 6% en de resterende 1% wordt gelinkt met de overige diercategorieën.
drinkwater
De benodigde hoeveelheid water voor het drenken van de dieren is afhankelijk van het dieet van de dieren, de leeftijd, de productiekeuze (b.v. zeugen versus vleesvarkens, melkvee versus vleesvee, leghennen versus braadkippen), het productieniveau en de omgevingstemperatuur.
Tabel 1 geeft een inschatting van de hoeveelheid water die vereist is per diercategorie voor het drenken van de dieren.
Tabel 1: Inschatting van de benodigde hoeveelheid drinkwater voor een aantal diercategorieën BRON: Oeyen J., 2005; Nechelput H., 2005b (proefcentra Nederland, Helder, Ministerie van Landbouw en IPPC); Nechelput H., 2005g; De Bock H. et al., 2004; Nechelput H., 2004b; An., 2002c; An., 2001b
diercategorie | benodigde hoeveelheid drinkwater [m³/dier/jaar] |
melkvee | 15,3-22,0 |
jongvee < 1 jaar 1-2 jaar |
5,4 5,4-8,7 |
vleeskalveren | 3,0** - 5,4 |
overig rundvee | 8,7-9,0 |
zeugen* drachtig lacterend |
2,7-3,7 4,0-5,5 |
vleesvarkens* | 1,6-2,7 |
gespeende biggen* | 0,55-0,65 |
niet-gespeende biggen* | 0,02-0,04 |
overige varkens | 2,2 |
leghennen | 0,07-0,12 |
opfokleghennen | 0,03-0,04 |
slachtkuikens | 0,04-0,07 |
opfokmoederdieren slachtkuikens | 0,04-0,05 |
slachtkuikenmoederdieren | 0,10 |
kalkoenen | 0,12-0,15 |
struisvogels slachtstruisvogels broedstruisvogels |
1,1-2,6 1,3-2,9 |
paarden | 14,4 |
vleeskonijnen | 0,08-0,15 |
schapen en geiten | 0,27-2,5 |
* bij droogvoer: bij brijvoer is de water/voerverhouding: 2.0-2.5:1
** totale gemiddelde waterverbruik, berekend over meerdere jaren op basis van 6 000 vleeskalveren
reinigingswater voor stallen
De productiecyclus van braadkippen is ongeveer 40-50 dagen. Het reinigen van de stal vindt plaats tussen de productiecycli in, een 6-7 maal per jaar. De productiecyclus van leghennen is ongeveer 400 dagen. De reinigingsfrequentie van leghennenstallen is variabel.
Tabel 2 geeft een inschatting van de hoeveelheid water die vereist is per diercategorie voor het reinigen van de stallen.
Tabel 2: inschatting van de benodigde hoeveelheid reinigingswater voor stallen voor een aantal diercategorieën (BRON: Nechelput H., 2005b (proefcentra Nederland, Helder en IPPC); De Bock H. et al., 2004; Nechelput H., 2004b; An., 2001b)
diercategorie | benodigde hoeveelheid reinigingswater voor de stallen [m³/dier/jaar] |
melkvee | 2,7 |
jongvee | 0,30 |
vleeskalveren | 0,20* |
overig rundvee | 0,30 |
zeugen drachtige lacterende |
0,05 1,2 |
vleesvarkens | 0,08 |
gespeende biggen | 0,11 |
overige varkens | 0,12 |
leghennen | 0,3-2,9 x 10-3 |
opfokleghennen | 10 x 10-3 |
slachtkuikens | 0,6-12 x 10-3 |
slachtkuikenouderdieren | 10 x 10-3 |
opfokslachtkuikenouderdieren | 10 x 10-3 |
kalkoenen | 12 x 10-3 |
struisvogels | 0,14-0,21 |
paarden | 0,60 |
schapen | 0,03 |
* totale gemiddelde waterverbruik, zie Tabel 1
spoelwater bij ontijzering en ontkalking
In de wateraudits voor veeteeltbedrijven [2] werd op 1 bedrijf gemeten hoeveel water er gebruikt werd als terugspoelwater in de ontijzerings- en ontkalkingsinstallatie.
Dit bedroeg per spoelbeurt respectievelijk 517 l en 549 l. Het spoelen van een ontijzeringsinstallatie gebeurde om de 2 dagen, en om de 4 dagen bij een ontkalker. Op jaarbasis kwam dit op 94m³ voor de ontijzeringsinstallatie en 50m³ voor de ontkalkingsinstallatie. Richtwaarden hiervoor zijn echter onbestaand.
[1] Volgens een ruwe schatting door de Bodemkundige Dienst van België zou het waterverbruik voor de beregening van de vollegrondteelten en grasland een kleine 8 miljoen m³/jaar bedragen; dit cijfer dient echter met de nodige omzichtigheid geïnterpreteerd te worden.
[2] De afdeling Water van AMINAL geeft invulling aan het Integraal Waterbeheer. Eén van de belangrijke elementen daarin is het aanmoedigen van duurzaam watergebruik om op lange termijn de beschikbare waterbronnen te beschermen. Onder de slogan “Water. Elke druppel telt.” sensibiliseert de Vlaamse Overheid de bevolking, de industrie en de land- en tuinbouw. Dit gebeurt o.a. door het uitvoeren van wateraudits in veeteeltbedrijven en het opstellen van informatiebrochures.
Milieuvriendelijke techniek | Technische aspecten | Milieuaspecten | BBT | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bewezen | Interne veiligheid | Kwaliteit | Globaal - technisch | Waterverbruik | Afvalwater | Emissies van nutriënten | Stof en geur | Afval | Energie - elektriciteitsverbruik | Chemicaliën | Geluid en trillingen | Globaal - milieu | Economisch |
Water | |||||||||||||||
Opstellen van een waterbalansschema | + | 0 | 0 | + | + | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | + | - | Ja 1 |
Grof vuil verwijderen door droog reinigen | + | 0 | 0 | + | + | + | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | + | - | Ja 2 |
Goed gebruik van de drinkwatervoorziening | + | 0 | 0 | + | + | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | + | - | Ja 3 |
Gebruik maken van alternatieve waterbronnen | + | 0 | 0 | + | + | + | 0 | 0 | 4 | 5 | 6 | 0 | + | - | Ja 7 |
- Legende
- +Positief effect
- -Negatief effect
- --Zeer negatief effect
- -/?Mogelijk negatief effect
- +/-Enerzijds negatief, anderzijds positief effect
1 In nieuwe en bestaande installaties
2 In nieuwe en bestaande installaties
3 In nieuwe en bestaande installaties
4 Bij het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) kan afval (b.v. slib) vrijkomen
5 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen energie
6 Het behandelen van water (b.v. zuiveren, ontsmetten) vereist in bepaalde gevallen chemicaliën
7 In nieuwe en bestaande installaties