Certificatie van asfalt

Gerecycleerde asfaltgranulaten zijn voornamelijk afkomstig van het voorzeven, breken en zeven van bouw- en sloopafval dat vrijkomt bij het slopen van gebouwen of wegen. Puin wordt ter plaatse gerecycleerd met behulp van een mobiele installatie of getransporteerd naar een vaste locatie waar het verwerkt wordt door een breekinstallatie. Zowel deze vaste sites als de mobiele installaties werken onder een certificatiereglement opgevolgd door een certificatie-instelling zoals COPRO of Certipro.

Na de behandeling van het gebroken puin worden al dan niet certificaten uitgereikt die garanderen dat de betrokken toeslagstoffen voldoen aan alle kwaliteitseisen met betrekking tot bouwtechnieken en milieu in overeenstemming met de geldende wetgeving. Door middel van inspecties uitgevoerd door COPRO wordt afval omgezet in een "secundaire" grondstof.

Het COPRO-certificaat omvat alle aspecten die met het milieu te maken hebben. Hierbij wordt gekeken naar de mogelijke aanwezigheid van asbest, zware metalen of minerale oliën, het teergehalte in het asfalt, fysieke vervuiling, enz. De bijhorende eisen zijn beschreven in het VLAREMA (Vlaams Reglement voor het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen), dat beheerd wordt door de OVAM (Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij). De OVAM bepaalt ook de voorwaarden waaraan deze producten moeten voldoen op het vlak van het milieu en bepaalt wat COPRO moet certificeren, volgens het unitaire reglement van de OVAM.

Het BENOR-certificaat dekt de bouwtechnische eisen die worden beschreven in het Standaardbestek 250 v4.1 voor wegenwerken. Dit bestek specificeert de voorwaarden waaraan het aggregaat moet voldoen, bijvoorbeeld om als bestrating of als stenen fundering te dienen. COPRO onderzoekt het aggregaat volgens deze criteria en geeft vervolgens een BENOR-certificaat af.

Het CE-certificaat geeft aan dat het aggregaat voldoet aan de geldende regels binnen de Europese Economische Ruimte. Het valt binnen de reikwijdte van de Bouwproductenverordening 305/2011 voor toeslagmaterialen, waarvoor het CE-type AVCP 2+ markeringssysteem van toepassing is. Deze regeling bevat de algemene regels voor de leverancier en de aangemelde instantie. Sinds 2004 is COPRO door de bevoegde autoriteit aangemeld bij de Europese Commissie.

Producenten zouden met name een FPC-handleiding (Factory Production Control) moeten hebben, waarin procedures worden beschreven over hoe de productie in de praktijk werkt. Bovendien moeten na de uitvoering van de initiële typetests (ITT – ‘Initial Type Testing’) prestatieverklaringen (DOP – ‘Declaration Of Performance’) worden afgegeven onder verantwoordelijkheid van de producenten. Naast het uitvoeren van inspecties, het uitgeven van certificaten, het valideren van technische fiches en het toekennen van eventuele sancties, worden in overleg met de Commissie sectoraal certificatiereglementen, technische voorschriften en reglementaire nota's opgesteld. (COPRO, 2022)