Good housekeeping: vermijden van stukken bedekt met halogeenhoudend materiaal of met zwavelhoudend materiaal
Chloor-, broom- of fluorhoudende verontreinigingen zoals b.v. PVC of teflon zijn te vermijden stoffen bij het thermisch reinigen in een pyrolyse-oven of wervelbed:
- hierdoor ontstaat een emissie van zure gassen zoals HF of HCl;
- hierdoor kan versnelde corrosie van de installaties optreden; deze corrosie kan evenwel grotendeels vermeden worden door condensatie te vermijden dus m.a.w. overal in de installatie de temperatuur steeds boven ~75°C te houden en door een passende materiaalkeuze;
- door de aanwezigheid van chloride is het ook mogelijk dat dioxines gevormd worden, aangezien in deze installaties in een optimaal temperatuursbereik gewerkt wordt voor vorming van dioxines; indien de afgassen nabehandeld worden in een naverbrander is dit knelpunt echter van ondergeschikt belang.
Om (te hoge) SO2-emissies te beperken, worden ook stukken verontreinigd met rubber of met tussenproducten afkomstig van de productie van viscose best vermeden[1]. Rubber bevat immers 0,3 – 1,2 % zwavel. Viscose eindproduct is zo goed als zwavelvrij, maar de verschillende tussenproducten voor de productie van viscose zijn wel sterk zwavelhoudend en thermisch reinigen wordt vooral toegepast op stukken die vervuild zijn met de tussenproducten bij de productie van viscose en veel minder bij stukken die vervuild zijn met het eindproduct.
Bedrijven die regelmatig zelf stukken willen reinigen die bedekt zijn met een halogeenhoudend of een zwavelhoudend materiaal, kiezen hierbij in de praktijk veelal voor een andere techniek dan thermisch reinigen.
In de praktijk komt het erop neer dat bedrijven die in opdracht van andere bedrijven werkstukken thermisch reinigen veelal volgende maatregelen nemen:
- goede afspraken maken met de klant i.v.m. type verontreiniging;
- screening door opvragen van technische fiches (MSDS: material safety data sheet) van aangebrachte deklagen die te verwijderen zijn;
- proefreinigen: testen op een beperkt aantal thermisch te reinigen stukken;
- etc.
Voor meer informatie, zie technische fiche 31.
Viscose wordt gemaakt door cellulosevezels eerst te laten reageren met NaOH en CS2, vervolgens het resulterende stroperige product in de gewenste vorm (vezel, vlies, ) te brengen, vervolgens te neutraliseren met zwavelzuur en tenslotte te spoelen. De tussenproducten zijn dus rijk aan zwavel; het eindproduct na spoelen heeft daarentegen een laag zwavelgehalte.
Milieuvriendelijke techniek | Technische aspecten | Milieuaspecten | BBT | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bewezen | Interne veiligheid | Kwaliteit | Globaal - technisch | Waterverbruik | Afvalwater | Lucht | Bodem | Afval | Energie - elektriciteitsverbruik | Chemicaliën | Globaal - milieu | Economisch |
Good housekeeping: vermijden van stukken bedekt met halogeenhoudend materiaal of met zwavelhoudend materiaal | ++ | + | ++ | + | + | Ja 1 |
- Legende
- --Zeer negatief effect
- --/-Negatief tot zeer negatief effect
- -Negatief effect
- --/0Mogelijk zeer negatief effect
- -/0Mogelijk negatief effect
- -/+Enerzijds negatief, anderzijds positief effect
- -/0/+Mogelijk posifief en negatief effect
- 0/+Mogelijk positief effect
- 0/++Mogelijk zeer positief effect
- +Positief effect
- +/++Positief tot zeer positief effect
- ++Zeer positief effect
- XBelangrijkste milieuaspect
- ?Onbekend
1 Tenzij de installatie qua materiaalkeuze geschikt is voor dit type verontreinigingen en verder ook is uitgerust met een passende afgasbehandeling.