Houtgestookte toestellen

Bij de houtgestookte toestellen (41) betreffen het allemaal kachels, er is geen informatie gegeven over houtgestookte ketels. Wel zijn er drie toestellen (2 vrijstaande kachels en 1 inbouwtoestel) die beschikken over een CV aansluiting.

Van de 41 toestellen is de verdeling volgens type toestel als volgt (allen lokale warmteafgifte met gesloten verbrandingskamer):

  • inzetkachel/cassette: 4
  • inbouwkachel: 18
  • voorzetkachel – niet accumulerend: 13
  • accumulatiekachel: 6

Toegepaste technieken

Uit de bevraging blijkt dat volgende technologieën reeds frequent worden toegepast:

  • vlamkeerplaat wordt standaard toegepast
  • isolatie van de verbrandingskamer: er wordt voornamelijk gebruik gemaakt van vuurvaste platen en vuurvaste stenen. Enkele modellen beschikken over een verbrandingskamer die verdubbeld is met gietijzeren platen als vorm van isolatie.
  • Glasraam: op 1 model (voorzetkachel) na beschikken ze allen over een glasraam, waarvan 11 met dubbel glas en 1 met gecoat glas. 6 toestellen (5 inbouwkachels en 1 voorzetkachel) hebben een glasraam aan meer dan 1 zijkant, steeds enkel glas. Bij accumulatiekachels hebben 5 van de 6 modellen dubbel glas, inzetkachels hebben steeds enkel glas. Het gecoat glas komt voor bij een voorzetkachel met CV aansluiting.
  • Naverbranding: het merendeel van de toestellen beschikt over een naverbranding, 1 inzetkachel (goedkoopste model) heeft geen naverbranding. 30 van de 46 toestellen beschikken over een naverbrandingszone, 10 over een aparte verbrandingskamer.
  • Getrapte luchttoevoer: van de toestellen met secundaire verbranding beschikken de meeste toestellen over primaire, secundaire en glasspoellucht. Slechts 4 toestellen beschikken niet over glasspoellucht waarvan 3 inbouwkachels met glasraam aan meer dan 1 zijkant en 1 voorzetkachel zonder glas.
  • De sturing van de luchttoevoer gebeurt hoofdzakelijk manueel door middel van een monoregeling.
  • De luchttoevoer is bij de meeste toestellen extern door middel van natuurlijke trek. Van 34 toestellen wordt aangegeven dat ze luchtdicht zijn en 32 beschikken over een voorverwarming van de secundaire lucht.

Volgende technieken worden regelmatig toegepast in de verschillende type toestellen:

  • Rooster in de verbrandingskamer komt bij 18 toestellen voor met een iets hogere frequentie bij de voorzetkachels en accumulatiekachels.
  • Hittereflecterend materiaal komt voor bij alle type toestellen maar wordt niet standaard toegepast.
  • Meer dan de helft van de accumulatiekachels en de voorzetkachels hebben een vertikale verbrandingskamer, bij de inbouwkachels komt het beperkt voor (5 van de 18)
  • Ongeveer de helft van de toestellen beschikken over een warmterecuperatiesysteem voor de rookgassen, bij de accumulatiekachels zijn dit 5 van de 6 toestellen.
  • Iets meer dan de helft van de toestellen zijn getest op het werken in deellast, en dit voornamelijk bij de voorzetkachels.

De technieken die eerder sporadisch of specifiek bij een type toestel toegepast worden zijn:

  • Convectieventilatoren zijn enkel aanwezig bij inzetkachels (altijd, 4 toestellen) en inbouwkachels (7 van de 18 toestellen). De sturing is meestal op basis van een temperatuursensor.
  • Automatische sturing wordt beperkt toegepast en indien toegepast is een meting van de temperatuur in het rookgas de meest voorkomende sturing (totaal automatische sturing: 8 van de 41 toestellen).
  • Warmteopslag in massa is specifiek voor accumulatiekachels (6 toestellen), warmteopslag in water komt voor bij de toestellen met CV aansluiting (3 toestellen).
  • Katalysator of elektrofilter worden niet standaard toegepast.

Prestaties

De prestaties betreffen deze in labo omstandigheden, over de milieuprestaties in praktijkcondities bestaat nog grote onzekerheid (zie Emissies in reële omstandigheden versus emissies volgens genormeerde testprocedures).

Met betrekking tot het rendement is het duidelijk dat gemiddeld genomen accumulatiekachels het hoogste rendement halen. Echter bij de voorzetkachels en inbouwkachels zijn ook rendementen mogelijk die vergelijkbaar zijn met de best presterende accumulatiekachels, namelijk 90%.

Naar emissies toe zijn de verschillen groter, dit zowel tussen de verschillende merken, als tussen de verschillende types en/of toegepaste technieken.

  • De emissies naar CO variëren van 317 tot 1.250 mg/Nm³ met uitzondering van 1 toestel met een emissie van 1950 mg/Nm³. Dit toestel betreft een inzetkachel zonder secundaire verbranding. Bijkomend worden bij dit toestel ook hogere emissiewaarden voor fijn stof en HC vastgesteld. Op vlak van CO emissies kan er geen onderscheid gemaakt worden op basis van vermogen, prijs of rendement. Qua type toestel, inzetkachels hebben over het algemeen hogere CO emissies dan de overige types. De laagste emissies worden gehaald bij voorzetkachels en accumulatiekachels. Bepaalde merken hebben duidelijk lagere emissies.
  • Naar fijn stof toe is er geen type toestel of merk dat duidelijk lagere emissies heeft dan andere. De variatie tussen de verschillende type toestellen is gelijkaardig.
  • Voor de NOx emissies is er eveneens een gelijkaardige variatie tussen de verschillende type toestellen, enkel voor accumulatiekachels zijn de NOx emissies altijd relatief hoger.
  • Voor HC is er eveneens geen onderscheid mogelijk op bais van prijs, vermogen of rendement. Wel zijn deze emissies beduidend lager bij alle accumulatiekachels, echter bij de inzetkachels, inbouwkachels een voorzetkachels zijn eveneens toestellen beschikbaar met lage HC emissies. Bij de fabrikanten zijn er met steeds lage emissies maar evenens met sterke variaties tussen de verschillende types toestellen.

In vergelijking met de Ecodesign richtlijn kunnen we besluiten dat op één toestel na alle toestellen voldoen aan de eisen van de Ecodesign richtlijn. Het toestel dat niet voldoet heeft geen naverbranding en hogere emissies voor CO,PM en HC.

Tabel 26 geeft een overzicht van de beste waarden die gerapporteerd werden voor de toestellen uit de bevraging. Het toestel dat  niet voldoet aan de eisen van de Ecodesign richtlijn werd hierbij buiten beschouwing gelaten. In de tabel zijn eerst de waarden opgenomen op basis van de ecodesignrichtlijn, zowel de eisen, als de indicatieve benchmark voor best presterende toestel als een voorbeeld van een goede combinatie. Vervolgens bestaat de tabel uit drie delen waarbij eerst alle toestellen uit de bevraging in beschouwing genomen zijn, en vervolgens een opspliting is gemaakt op basis van het vermogen, meer bepaald tussen minder of meer dan 10 kW vermogen. Voor elk van deze zijn vervolgens de volgende prestaties toegevoegd:

  • best gerapporteerde prestatie per parameter
  • prestaties van de toestellen met voor één of meerdere parameters respectievelijk de hoogste en laagste score van alle in de bevraging opgenomen toestellen.

Hieruit kunnen we verder besluiten dat in de bevraging er reeds toestellen zijn die per parameter beter scoren dan degene die opgenomen zijn als indicatieve benchmark best presterend toestel bij Ecodesign. Voor stukhoutkachels zien we volgende cijfers als minimum:

  • CO: 317 mg/m³
  • PM: 6 mg/m³
  • NOx: 44 mg/m³
  • HC: 20 mg/m³
  • Rendement 90,2%

Deze toestellen scoren bovendien over de hele lijn beduidend beter dan de Ecodesign eisen.

Anderzijds de modellen die het minst goed scoren zijn vaak qua emissies slechts iets beter dan de Ecodesign eisen.

Globaal genomen is het aantal toestellen op basis van de bevraging (40 toestellen) dat het voor één of meerdere parameters beter doet dan de benchmark best presterende:

  • CO: 2 toestellen beter
  • PM: 10 toestellen beter
  • Rendement: 5 toestellen beter
  • NOx: 2 toestellen beter
  • HC: 8 toestellen beter

In vergelijking tot het Ecodesign voorbeeld goede combinatie, zijn er in de bevraging 3 toestellen die beter scoren voor elk van de parameters (zie Tabel 1). Alle toestellen zijn vrijstaande toestellen, de eerste twee met een cv aansluiting. Alle toestellen beschikken over een vlamkeerplaat, isolatie, naverbrandingszone, luchtdichte uitvoering, externe luchttoevoer, voorverwarming van de secundaire verbrandingslucht en warmterecuperatie. Toestel 1 en Toestel 2 beschikken verder over een rooster en respectievelijk gecoat en dubbel glas met een glasraam zo groot als de verbrandingskamer. De luchttoevoer is deels manueel geregeld (primaire luchttoevoer) en deels op basis van de CV koppeling (secundaire en glasspoellucht). Toestel 3 beschikt over hittereflecterend materiaal en enkel glas met glas aan meer dan 1 zijde. De luchttoevoer bij dit toestel is op basis van een monoregeling. Met betrekking tot de vorm van de verbrandingskamer hebben toestel 2 en 3 een vertikale verbrandingskamer.

 

Tabel 1: Emissiecijfers op basis van bevraging voor stukhouttoestellen

Toestellen met gesloten voorkant – andere vaste brandstof dan houtpellets

(EU) 2015/1185

 

Seizoens-gebonden energie-efficiëntie

Stof/PM

mg/m³

CO

mg/m³

NOx

mg/m³

HC (OGC)

mg/m³

Ecodesign 

- eisen

65 % 

40  

 

1500  

200 

120 

Ecodesign  
- indicatieve benchmark best presterend toestel

86 % 

20 

500 

50 

30 

Ecodesign  
- voorbeeld goede combinatie

83% 

33 

1125 

115 

69 

Bevraging

Beste gerapporteerde prestatie per parameter

90,2% 

317 

47 

20 

Toestel bevraging  
Laagste CO

Laagste HC

81% 

26 

317 

86 

20 

Toestel bevraging

Laagste PM toestel 1

80% 

625 

127 

48 

Toestel bevraging

Laagste PM toestel 2

83% 

835 

99 

77 

Toestel bevraging  
Hoogste Rendement

90,2% 

18 

435 

121 

25 

Toestel bevraging 

Hoogste NOx

83,5% 

32 

625 

147 

34 

Toestel bevraging

Hoogste CO toestel 1

84% 

27.1 

1250 

112 

96 

Toestel bevraging

Hoogste CO toestel 2

75% 

14 

1250 

120 

83 

Toestel bevraging

Hoogste PM

80,6% 

40 

1000 

88 

35 

Toestel bevraging 

Laagste NOx

Hoogste HC

80% 

30 

1140 

47 

110 

Toestel bevraging

Laagste rendement toestel 1

75% 

14 

1250 

120 

83 

Toestel bevraging

Laagste rendement toestel 2

75% 

15 

775 

58 

23 

Bevraging

Beste gerapporteerde prestatie per parameter 

Vermogen < 10 kW

90,2% 

317 

70 

20 

Toestel bevraging  
Laagste CO

Laagste HC

81% 

26 

317 

86 

20 

Toestel bevraging

Laagste PM toestel 1

80% 

625 

127 

48 

Toestel bevraging

Laagste PM toestel 2

83% 

835 

99 

77 

Toestel bevraging  
Hoogste Rendement

90,2% 

18 

435 

121 

25 

Toestel bevraging

Laagste NOx

84% 

15 

875 

70 

28 

 

Toestel bevraging

Hoogste CO

Hoogste HC

84% 

27.1 

1250 

112 

96 

Toestel bevraging

Hoogste PM

84% 

35 

1021 

139 

53 

Toestel bevraging 

Hoogste NOx

80,92% 

26 

898 

146 

87 

Toestel bevraging

Laagste rendement 

75,3% 

29 

880 

105 

23 

Bevraging

Beste gerapporteerde prestatie per parameter 

Vermogen >= 10 kW 

86,7 

10 

575 

47 

23 

Toestel bevraging  
Laagste CO

76% 

31 

575 

105 

26 

Toestel bevraging

Laagste PM 

82% 

10 

1087,5 

99 

88,7 

Toestel bevraging  
Hoogste Rendement

86,7% 

24 

750 

91 

47 

Toestel bevraging 

Laagste NOx

Hoogste HC

80% 

30 

1140 

47 

110 

Toestel bevraging

Laagste HC

75% 

15 

775 

58 

23 

Toestel bevraging

Hoogste CO

75% 

14 

1250 

120 

83 

Toestel bevraging

Hoogste PM

80,6% 

40 

1000 

88 

35 

Toestel bevraging 

Hoogste NOx

83,5% 

32 

625 

147 

34 

Toestel bevraging

Laagste rendement toestel 1

75% 

14 

1250 

120 

83 

Toestel bevraging

Laagste rendement toestel 2

75% 

15 

775 

58 

23 

 

Tabel 2:Emissiecijfers van stukhouttoestellen uit de bevraging met prestaties beter dan het voorbeeld van goede combinatie uit de Ecodesign richtlijn

 

Seizoens-gebonden energie-efficiëntie

Stof/PM

mg/m³

CO

mg/m³

NOx

mg/m³

HC (OGC)

mg/m³

Toestel 1 

86,7% 

24 

750 

91 

47 

Toestel 2

90,1%

22

500

90

22

Toestel 3

84%

15

875

70

28