Gescheiden houden van onverenigbare producten

Beschrijving

Onverenigbare producten worden doorgaans in verschillende inkuipingen opgeslagen om te vermijden dat producten in de inkuiping met elkaar in contact kunnen komen en daarbij aanleiding geven tot gevaarlijke situaties zoals brand, explosie, exothermische reacties en de vrijzetting van gevaarlijke gassen. Als stoffen toch in eenzelfde inkuiping worden opgeslagen, kan door compartimenteren vermeden worden dat vloeistoffen met elkaar in contact komen.

Voor opslag van verschillende categorieën van gevaarlijke vloeistoffen gelden er volgens VLAREM bepaalde afstandsregels (zie bijlage 5.17.1 van VLAREM II). In bepaalde gevallen zal het respecteren van deze afstandsregels reeds leiden tot het plaatsen van onverenigbare vloeistoffen in verschillende inkuipingen.

Stoffen kunnen bij vrijzetting ook in contact komen met water in de inkuiping, wat voor sommige stoffen aanleiding kan geven tot ongewenste reacties. In het geval van de opslag van waterreactieve producten worden maatregelen genomen om de aanwezigheid van water in de inkuiping te vermijden. Om die reden worden inkuipingen met waterreactieve stoffen (H260, H261, EUH014, EUH029 – voordien R14-R15-R29) in de mate van het mogelijke droog gehouden (overdekte opslag), zie ook 4.11.

Toepasbaarheid

Het gescheiden houden van onverenigbare producten is algemeen toepasbaar.

Milieu- en veiligheidsaspecten

Het gescheiden houden van onverenigbare producten verlaagt het risico op gevaarlijke reacties in de inkuiping. Het opslaan in aparte inkuipingen biedt meer garanties dan het opslaan in aparte compartimenten binnen eenzelfde inkuiping.

Het optrekken van bijkomende tussenschotten kan bij brandbare of ontvlambare vloeistoffen een ongewenste invloed hebben op de mogelijke vorming van een explosieve atmosfeer.

Financiële aspecten

Het aanleggen van verschillende inkuipingen of compartimenten voor onverenigbare producten kan een meerkost inhouden ten opzichte van één enkele inkuiping. Door deze investering worden wel mogelijk hoge kosten ten gevolge van eventuele gevaarlijke reacties vermeden.

Codes van goede praktijk en regelgeving

Volgens de algemene voorwaarden van VLAREM mogen in éénzelfde inkuiping enkel vloeistoffen worden opgeslagen die bij vermenging hetzij geen, hetzij uitsluitend een chemische reactie kunnen doen ontstaan waarbij de vorming van andersoortige gevaarlijke stoffen dan deze die binnen de bak zijn opgeslagen, is uitgesloten.

De sectorale voorwaarden (VLAREM II, art. 5.17.4.1.5 §1 en 5.6.1.1.4.§1) vermelden de bepaling:

Met behoud van de toepassing van verdere bepalingen worden de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen om te vermijden dat producten met elkaar in contact komen waarbij:

1° gevaarlijke chemische reacties kunnen plaatsvinden

2° producten met elkaar kunnen reageren onder vorming van schadelijke

of gevaarlijke gassen en dampen

3° producten samen ontploffingen en/of branden kunnen veroorzaken.

Volgens de Franse regelgeving kan eenzelfde inkuiping niet worden gebruikt voor tanks met vloeibaar gemaakte gassen en brandbare vloeistoffen. Een inkuiping voor vaste opslagtanks kan niet worden gebruikt voor opslag van verplaatsbare recipiënten, behalve in geval van afgelegen inkuipingen. Onverenigbare producten delen niet dezelfde inkuiping.

Volgens PGS 31 ‘Overige vloeistoffen: opslag in ondergrondse en bovengrondse tankinstallaties’ moeten de opvangvoorzieningen van enkelwandige tanks waarvan de opgeslagen vloeistoffen bij contact met elkaar een verhoogd risico kunnen opleveren, van elkaar gescheiden zijn. Als dergelijke tanks in één tankput zijn geplaatst, is de tankput zodanig gecompartimenteerd dat vloeistoffen bij morsen of lekkage niet met elkaar in contact kunnen komen. Er is sprake van een verhoogd risico indien bij mengen / contact van vloeistoffen toxische reactieproducten ontstaan, er een heftige exotherme reactie optreedt, of een onstabiel / reactief mengsel ontstaat dat een detonatie kan veroorzaken.

Richtlijn HSG 176 (VK) vermeldt dat de inkuiping niet mag gebruikt worden voor de opslag van containers met ontvlambare vloeistoffen, volle of lege gastanks of andere gevaarlijke stoffen. Ook volgens het door HSE opgestelde Technical Measures Document - Secondary containment (van toepassing op Seveso-bedrijven) moeten onverenigbare stoffen in gescheiden inkuipingen opgeslagen worden.

Volgens EI 19 moet een gevaarsidentificatie en risicobeoordeling uitgevoerd worden om de nood aan scheiding te bepalen, rekening houdende met de mogelijkheid dat vermenging kan optreden in drainagesystemen of eender waar lekken zouden kunnen accumuleren. Het document bevat ook een verwijzing naar de COMAH CA Containment policy die oplegt om onverenigbare producten op te slaan in aparte inkuipingen.

Arbeitsblatt DWA-A 779 van DWA legt op dat stoffen die op dergelijke wijze met elkaar kunnen reageren dat de functie van de opvangvoorziening wordt verstoord, apart moeten worden opgevangen.

VERGELIJKING VLAREM II MET ANDERE STANDAARDEN

De algemene voorwaarden in VLAREM laten in eenzelfde inkuiping geen vloeistoffen toe die bij vermenging een chemische reactie doen ontstaan met vorming van andersoortige gevaarlijke stoffen. Sommige andere standaarden verbieden eveneens het opslaan binnen eenzelfde inkuiping van ‘onverenigbare’ producten.

Andere standaarden sluiten meer aan bij de bepalingen in de sectorale VLAREM voorwaarden, en laten bijvoorbeeld wel onverenigbare vloeistoffen in eenzelfde inkuiping toe, als ze gescheiden zijn door compartimenten.

Aanbevelingen voor het standaardkader in VLAREM

Voorstel: Behoud van bestaande sectorale voorwaarden (VLAREM II, art. 5.17.4.1.5 §1 en 5.6.1.1.4.§1). Algemene voorwaarde (VLAREM II, art. 4.1.7.2 §4) gelijkstellen aan huidige sectorale voorwaarden.

  •     Argumentatie: De huidige algemene voorwaarden verbieden expliciet het opslaan binnen eenzelfde inkuiping van onverenigbare vloeistoffen die een chemische reactie kunnen doen ontstaan die aanleiding geven tot de “vorming van andersoortige gevaarlijke stoffen dan deze die binnen de bak zijn opgeslagen”. De sectorale voorwaarden sluiten niet expliciet uit dat onverenigbare stoffen in eenzelfde inkuiping worden geplaatst, maar vereisen het treffen van “de nodige voorzorgsmaatregelen” om te vermijden dat onverenigbare producten met elkaar in contact komen. De sectorale voorwaarden laten op die manier voldoende vrijheid om een gepaste alternatieve maatregel te treffen, zoals compartimentering rondom een tank of een groep van tanks. Het lijkt aangewezen de algemene voorwaarden daarom beter af te stemmen op de sectorale voorwaarden. Door dezelfde bepalingen op te leggen, zijn algemene en sectorale voorwaarden meer geharmoniseerd.

 

Toon enkel technieken...
Aspecten
...op...
Beste beschikbare techniek
Milieuvriendelijke techniekTechnische aspectenMilieuaspectenBBT
BewezenAlgemeen toepasbaarInterne veiligheidKwaliteitGlobaal - technischWaterverbruikAfvalwaterLuchtBodemAfvalEnergie - elektriciteitsverbruikChemicaliënGlobaal - milieuExterne veiligheidEconomisch
Gescheiden houden van onverenigbare productenJa
  • Legende