Maatregelen voor het beperken van het vochtgehalte in de mineralen

Beschrijving

Het energieverbruik van de droogtrommel hangt rechtstreeks af van het vochtgehalte van de minerale materialen. De droogtrommel moet namelijk eerst de minerale materialen drogen voordat de opwarming ervan kan beginnen. Dit geld ook voor de paralleltrommel en het opwarmen van recyclage materialen.

Er zijn een aantal maatregelen mogelijk om het vochtgehalte bij verwerking zo laag mogelijk te houden:

  • Gebruik van mineralen met een laag vochtgehalte. Mineralen die droog toekomen, kunnen het beste zo snel mogelijk verwerkt worden;
  • Het gebruik van niet gewassen zand en niet gewassen steenslag zou een verbetering betekenen op energetisch vlak, maar deze optie is niet steeds praktisch haalbaar. Door niet gewassen materialen te gebruiken kent de asfaltproducent de precieze samenstelling van het asfaltmengsel niet meer. Daarenboven schrijven de bestekken vaak voor dat de te gebruiken materialen niet meer dan een bepaald maximum aan fijne deeltjes mogen bevatten. Om deze eis te kunnen respecteren moeten bijvoorbeeld bijna alle kalksteengroeven hun fijne steenslag wassen;
  • Zorgen voor een goede voorraadbeheersing en geef opgeslagen voorraden de gelegenheid om uit te lekken. De energiewinst moet hier afgewogen worden tegenover de hogere kosten van een grotere voorraad;
  • Zorgen voor een goed functionerend afwaterings- en drainagesysteem;
  • Gebruik van mineralen die weggehaald zijn op een hoogte van minimaal 0,5 m boven het maaiveld. De onderste laag van de opgeslagen mineralen kan daarna worden omgewerkt (door capillariteit wordt het water vastgehouden in de onderste lagen), gevolgd door een rustperiode en verdere verwerking.

Toepasbaarheid

Door het maken van goede afspraken en procedures kunnen aanzienlijke resultaten behaald worden. De logistieke planning moet goed opgevolgd en gestructureerd worden.

Milieuaspecten

Het beperken van het vochtgehalte van de minerale voorraad brengt een energiebesparing mee (OCW, 2002):

  • Per % reductie in vochtgehalte in de mineralen: 0,9 m³ aardgas/ton asfalt;
  • Per % reductie in vochtgehalte in het oude asfalt: 0,07 m³ aardgas/ton asfalt bij 10 % koude toevoeging.

Een kanttekening hierbij is dat té droog materiaal (< 3% vochtgehalte) nefast is voor de goede werking van de centrale en meer emissies naar lucht kan veroorzaken[1]. Het optimale vochtgehalte van materialen situeert zich tussen de 3% en 7%.

Financiële aspecten

Er moeten voor deze maatregelen geen investeringen gebeuren maar goede afspraken en procedures zorgen voor een aanzienlijke vermindering van het energieverbruik.

Bronnen

(Leyssens, Verstappen, & Huybrechts, 2013)



[1] Bij een te laag vochtpercentage zullen de branders op een laag percentage van hun vermogen moeten werken.

In deze lage percentages zullen de afstellingen van de branders minder stabiel zijn en  dit leidt dan meestal tot hogere of lagere  emissiewaarden

 

Toon enkel technieken...
Aspecten
...op...
Beste beschikbare techniek
Milieuvriendelijke techniekTechnische aspectenMilieuaspectenBBT
BewezenAlgemeen toepasbaarInterne veiligheidKwaliteitGlobaal - technischMateriaalAfvalwaterLuchtBodemGeurAfvalEnergie - elektriciteitsverbruikGeluidImpact op de ketenGlobaal - milieuEconomisch
Maatregelen voor het beperken van het vochtgehalte in de mineralenJa
  • Legende