Gebruik van milieuvriendelijke reinigingsmiddelen en hulpstoffen
Beschrijving
Bij tankreiniging worden heel wat reinigingsmiddelen en hulpstoffen toegepast (§ 3.1). Sommige van deze stoffen bevatten schadelijke componenten die niet of onvoldoende in de afvalwaterzuivering worden tegengehouden. O.a. volgende stoffen hebben bezwaarlijke eigenschappen:
-
Alkylfenolethoxylaten, o.a. nonylfenolethoxylaten[1]:
Deze worden toxischer bij afbraak en worden verdacht van hormonale effecten op waterorganismen.
-
Schuimremmers:
Deze worden gebruikt in industriële reinigingsmiddelen om overmatige schuimvorming te voorkomen. Sommige typen (hoogmoleculaire of sommige surfactanten op basis van propyleenoxide) zijn slecht afbreekbaar en worden minder goed verwijderd bij biologische zuivering.
-
Complexvormers:
Deze stoffen zijn vaak matig tot slecht afbreekbaar (EDTA (Ethyleendiaminetetra-azijnzuur), fosfonaten) en worden soms bijzonder slecht verwijderd bij biologische zuivering. Geloosde complexvormers kunnen mogelijk zware metalen mobiliseren[2].
-
Anionische surfactanten:
Sommige anionische surfactanten zijn minder goed afbreekbaar. Vooral indien er sprake is van een groot aantal ethyleenoxide eenheden in deze detergenten (20-30) neemt de afbreekbaarheid snel af. Vertakking van de alkylketen en/of toepassing van een keten waarin ook in sterke mate propyleenoxide is verwerkt, heeft eveneens een negatief effect op de afbreekbaarheid. Niet alle anionische surfactanten zijn echter slecht afbreekbaar. AEO (Alkylpolyethyleenglycolether) bijvoorbeeld, een veel gebruikt surfactant in industriële reinigingsmiddelen, is wel goed afbreekbaar.
-
HF:
HF is een sterk reinigingsmiddel. Het gebruik ervan kan echter leiden tot hoge concentraties fluoride in het afvalwater, vooral in combinatie met waterbesparende maatregelen.
Met het oog op eventuele nadelige effecten op de werking van de afvalwaterzuivering en/of op het behalen van de lozingsnormen is een oordeelkundige keuze van reinigingsmiddelen en hulpstoffen van belang.
Detergenten moeten minimaal voldoen aan de Europese Detergentenverordening. De verordening stelt eisen voor het milieu (biologische afbreekbaarheid) en eist dat bepaalde informatie op het etiket en/of op andere plaatsen beschikbaar is voor consumenten en professionele gebruikers. De Detergentenverordening eist dat detergentia die in Europa worden verhandeld alleen oppervlakte-actieve stoffen mogen bevatten, die biologisch afbreekbaar zijn.
Andere relevante regelgeving i.k.v. reinigingsmiddelen zijn o.a. de Richtlijn Algemene Productveiligheid, de CLP-Verordening, de REACH Verordening, de Europese Biociden Richtlijn (ook van toepassing op desinfectiemiddelen), …
Bij een bevraging van enkele belangrijke leveranciers van reinigingsmiddelen, ontvingen we werkplekinstructiekaarten en veiligheidsinformatiebladen van enkele van de meest verkochte reinigingsmiddelen (alkalische reinigers, zure reinigers, en latexreiniger). Deze maken melding van de gevaarlijke bestanddelen, zeer gevaarlijke / zorgwekkende stoffen volgens de REACH Verordening en volgens de detergentenverordening, hun gewichtsaandeel, chronische en acute toxiciteit, persistentie, afbreekbaarheid en bioaccumulatie en milieuvoorzorgsmaatregelen. De exacte samenstelling van de reinigingsmiddelen is hier evenwel niet op terug te vinden. Detailinformatie over de samenstelling van de reinigingsmiddelen is dus meestal niet beschikbaar. Dit kan de keuze voor reinigingsmiddelen bemoeilijken.
Alternatieven die als sterk biologische afbreekbaar op de markt worden aangeboden, zouden reinigingstechnisch niet steeds even effectief zijn als de traditionele middelen, zodat langer of bij een hogere temperatuur moet gespoeld worden, en/of een hogere dosering moet toegepast worden om hetzelfde reinigingsresultaat te bekomen.
Zeker voor klasse I bedrijven die een groot gamma aan producten reinigen, waaronder detergenten, dient opgemerkt dat de gebruikte reinigingsmiddelen slechts een beperkte bijdrage leveren tot de totale vracht aan detergenten in het afvalwater. Deze wordt immers in de eerste plaats bepaald door de gereinigde detergentladingen. Voor deze bedrijven kan keuze voor milieuvriendelijke reinigingsmiddelen dan ook slechts tot een beperkte verbetering van de effluentkwaliteit leiden.
Ook bij vatenreiniging worden heel wat reinigingsmiddelen en hulpstoffen toegepast (§ 3.2) en gelden analoge bemerkingen als voor tankreiniging.
Toepasbaarheid
- Techniek is bewezen.
- De techniek heeft geen noemenswaardige technische beperkingen.
Opgemerkt wordt dat de keuze van reinigingsmiddelen en hulpstoffen bij vatenreiniging wellicht minder kritisch is dan bij tankreiniging, tenminste bij toepassing van cascade-tegenstroom spoeltechnieken. In dit geval immers komen de gebruikte reinigingsmiddelen en hulpstoffen grotendeels terecht in de geconcentreerde afvalwaterstromen die afgevoerd worden naar een vergund verwerker van afvalstoffen, en slechts in beperktere mate in de eigen afvalwaters.
Indien gekozen wordt voor alternatieve reinigingsmiddelen die reinigingstechnisch minder effectief zijn, kan deze techniek de kwaliteit van reiniging mogelijks negatief beïnvloeden.
Milieuvoordeel
- Beperking van emissies naar water.
- Beperking van gebruik van schadelijke reinigingsmiddelen en hulpstoffen.
- Mogelijks toename van water- en energieverbruik.
Financiële aspecten
-
Operationele kosten.
- Milieuvriendelijke alternatieven kunnen soms duurder zijn in aankoop
- Eventuele kosten voor toename water en energieverbruik.
- Besparing op kosten voor afvalwaterzuivering en -lozing, incl. vermeden heffingen.
Bronnen
- (Commissie Integraal Waterbeheer (CIW), 2000)
- (Nederlandse Commissie Integraal Waterbeheer (CIW), 2002)
- (Huybrechts, Vercaemst, & Dijkmans, 2003)
[1] Nonylfenol (en nonylfenolaten) zijn afkomstig van nonylfenol ethoxylaat verbindingen die in het verleden gebruikt werden als niet-ionogene surfactant (binnen de EU is het gebruik van nonylfenol ethoxylaten als detergent verboden sinds 2003). Echter wordt nonylfenol ethoxylaat nog steeds geproduceerd voor andere toepassingen, en bijgevolg wordt het nog steeds getransporteerd en kan het aangetroffen worden in de restlading van de getransporteerde tanks vooraleer deze gereinigd worden.
[2] Er bestaan biologisch afbreekbare alternatieven voor EDTA, namelijk GLDA
Milieuvriendelijke techniek | Technische aspecten | Milieuaspecten | BBT | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bewezen | Algemeen toepasbaar | Interne veiligheid | Kwaliteit | Globaal - technisch | Waterverbruik | Afvalwater | Lucht | Bodem | Geur | Afval | Energie - elektriciteitsverbruik | Chemicaliën | Geluid en trillingen | Impact op de keten | Globaal - milieu | Economisch |
Gebruik van milieuvriendelijke reinigingsmiddelen en hulpstoffen | + | + | + | 0 | + | -/0 | + | 0 | 0 | 0 | 0 | -/0 | + | 0 | 0 | + | -/0 | Ja 1 |
- Legende
1 Voor zover de kwaliteit van de reiniging gegarandeerd blijft bij een gelijkaardig water-, energie-, en productverbruikk.