Steenslag en zand
Steenslag en zand worden aangevoerd via wegtransport en/of binnenschip voor de centrales die langs een kanaal liggen.
De opslag van de stenen en het zand gebeurt op onderling afgescheiden hopen in open lucht of onder afdak. Doordat de granulaten in open lucht liggen opgeslagen, varieert het vochtgehalte in functie van de weersomstandigheden en luchtvochtigheid. Het water in de hoop zakt naar onder; samen met de capillaire werking zorgt dit ervoor dat de stenen (1-3 % vocht) en vooral het zand (5 % vocht) in de onderste lagen van de hoop (eerste meter) meer vocht bijhouden. Opslag onder dak zorgt ervoor dat het vochtgehalte lager blijft waardoor er minder energie nodig is bij het drogen. In de wegenbouw worden ook alternatieven voor steenslag gebruikt zoals bv. slakken.
Tijdens het transport, lossen, opslag en manipulatie van minerale materialen, kan opstuivend zand en stof ontstaan. Besproeien van de hopen granulaten met een waternevel vermindert de diffuse stofemissie, maar leidt via het hogere vochtgehalte naar een hoger energieverbruik om de granulaten te drogen.
Milieuaspecten: stofemissies, luchtemissies (uitlaatgassen), geluidshinder, energie