Rekening houden met het juiste oogstmoment en weersomstandigheden bij het inkuilen

Beschrijving

Bij het oogsten van snijmaïs moet er een balans gevonden worden bij het streven naar maximale voederwaardeopbrengst, minimale inkuilverliezen en minimale kans op broei tijdens het voeren van de kuil. Hierbij is vooral het drogestofgehalte van de snijmaïs belangrijk. Inkuilverliezen bestaan uit perssapverliezen en conserveringsverliezen, die best zoveel mogelijk vermeden worden. Perssapverliezen treden normaal niet meer op bij een drogestofgehalte boven 32% (Figuur 12). De conserveringsverliezen zijn het laagst tussen de 33 en 39%. De kans op broei en schimmels nemen sterk toe bij een drogestofgehalte boven de 36%. Broei en schimmelvorming kunnen bovendien ook aanleiding geven tot bijkomende perssappen door hun microbiële activiteit. Daardoor is het aangeraden om de snijmaïs te oogsten op het moment dat het drogestofgehalte gelegen is tussen 32-36%. Onder ongunstige omstandigheden wanneer deze waarden niet kunnen worden bereikt, wordt het aangeraden om minimaal te streven naar een drogestofgehalte van 28% om perssappen zoveel mogelijk te minimaliseren (Wageningen Livestock Research, 2019). Het drogestofgehalte, en bijbehorende perssapverliezen, kan ook afhankelijk zijn van de raskeuze van de maïs. Zo blijkt uit onderzoek van Wageningen Livestock Research dat “dry down[1]” maïsrassen minder aanleiding geven tot de vorming van perssappen dan “stay green[2]” maïsrassen (Figuur 12; Wageningen Livestock Research, 2019). Op basis van deze parameters voorziet het handboek snijmaïs van Wageningen Livestock Reserach een maïsoogstwijzer om op basis van eigen bedrijfsomstandigheden de optimale oogsttijd voor snijmaïs te bepalen (Wageningen Livestock Research, 2019).

 

Figuur 12: Invloed van drogestofgehalte bij het inkuilen en maïsras op de hoeveelheid geproduceerd perssap

In het geval van de opslag van grassen kan het gras voorgedroogd worden om het drogestofgehalte te verhogen. In de praktijk wordt het gras van de eerste en tweede snede vaak voorgedroogd tot een drogestofgehalte van 30%. De volgende sneden zijn vaak moeilijker te drogen omdat de weersomstandigheden dit niet meer toe laten. Daardoor kan een hoog drogestofgehalte in deze sneden niet meer gegarandeerd worden, waardoor ze vaak opgeslagen worden in alternatieve opslagmiddelen zoals gewikkelde balen, silobags of worstsilo’s omdat deze een veel lager risico hebben op de uitstroming van silosappen. Als alternatief kan er ook gekozen worden om nattere sneden in de kuilen bovenop drogere sneden om de uitstroom van silosappen te beperken (zie ook paragraaf 'gebruik van inkuilmiddelen en hulpstoffen bij inkuilen'). Daarnaast bestaat er ook de mogelijkheid om de nattere najaarssneden niet meer (of slechts gedeeltelijk) in te kuilen, maar direct vers te vervoederen aan de dieren. Hierdoor wordt vermeden dat materiaal met een laag drogestofgehalte wordt ingekuild waardoor geen silosappen kunnen afstromen. Bovendien is uit een recente analyse gebleken dat het direct vervoederen van gras aan koeien in sommige gevallen goedkoper uitvalt dan het in te kuilen en later te voederen (Koeien & Kansen, 2020).

Inkuilverliezen en bijgevolg perssapverliezen kunnen ook optreden wanneer er ingekuild wordt onder niet optimale weersomstandigheden, zoals bij aanhoudende regenval. Dit zorgt er opnieuw voor dat het drogestofgehalte van het ingekuilde organische materiaal daalt. Daardoor is het aangeraden om in te kuilen bij droge weersomstandigheden.

Technische haalbaarheid

De keuze van het juiste oogstmoment wordt bepaald door een juiste inschatting van het drogestofgehalte van de gehele plant. Hiervoor dienen verschillende onderdelen van de plant beoordeeld te worden om tot een uiteindelijke schatting van het drogestofgehalte te komen. Hier rekening mee houdend moeten de nodige maatregelen tijdig genomen worden om op het gewenste tijdstip te kunnen oogsten en moeten de weeromstandigheden in die periode meezitten. Lange periode van droogte of nachtvorst kunnen het rijpingsproces en bijgevolg het drogestofgehalte sterk beïnvloeden. Daarnaast kunnen plantziekten vereisen om vroeger te oogsten om verliezen te beperken, met lagere drogestofgehaltes als gevolg. Er zal een afweging gemaakt moeten worden tussen maximale voederwaardeopbrengst, minimale inkuilverliezen, minimale kans op broei, maximale opbrengst en optimale weersomstandigheden. De landbouwer heeft hierdoor niet altijd de controle over het juiste oogstmoment, waardoor in sommige gevallen toch moet geoogst worden bij een te laag drogestofgehalte. Sommige regelgeving zet hier ook toe aan zoals bijvoorbeeld de strikte deadline voor inzaaien vanggewassen (VLM, 2021).

Indien de opgeslagen producten aangekocht worden, zoals bijvoorbeeld vaak het geval is bij natte bijproducten, is er minder controle op het drogestofgehalte van het product. Welke maatregelen op een bedrijf kunnen worden toegepast, is afhankelijk van de bedrijfsvoering, de erfsituatie en de omstandigheden.

Milieu-impact

Deze maatregelen zorgen voor het inkuilen van het gewas onder optimale drogestofgehalte, waardoor het afstromen van perssappen voorkomen/beperkt kan worden. Hierdoor wordt vermeden dat nutriënten in het milieu (bodem, grond- en/of oppervlaktewater) terechtkomen door uitloging ter hoogte van het erf/bedrijfsterrein. Door het toepassen van deze techniek wordt er geen noemenswaardige impact verwacht in de keten.

Economische haalbaarheid

Deze maatregelen vergen geen extra investerings- of werkingskosten.

Referenties

  • Departement Landbouw & Visserij, 2018b
  • Input leden BC, 2021 & 2022
  • Koeien & Kansen, 2020
  • VLM, 2021
  • Wageningen Livestock Research, 2019

 

Toon enkel technieken...
Aspecten
...op...
Beste beschikbare techniek
Milieuvriendelijke techniekTechnische aspectenMilieuaspectenBBT
BewezenAlgemeen toepasbaarInterne veiligheidKwaliteitGlobaal - technischWaterverbruikAfvalwaterLuchtBodemGeurAfvalEnergie - elektriciteitsverbruikChemicaliënImpact op de ketenGlobaal - milieuEconomisch
Rekening houden met het juiste oogstmoment en weersomstandigheden bij het inkuilenJa
  • Legende