Voorzien van aparte, ingerichte reinigingsplaats voor materiaal en machines
Beschrijving
Bij het afspoelen van materialen en machines (bv. tractors, veegborstels, voermengwagen, voorlader, …) na gebruik ontstaat er vervuild reiningingswater dat onder andere mestdeeltjes, ander organisch materiaal, slib, vet, en olie kan bevatten. Door gebruik te maken van een aparte reinigingsplaats voor deze activiteiten kan het vervuild reinigingswater apart opgevangen en afgevoerd worden naar een aparte opslag of rechtstreeks naar de mestkelder in landbouwbedrijven. Bovendien is het belangrijk om deze aparte reinigingsplaats aan te leggen op een verharding die voldoende lang is zodat de hele lengte van de gebruikte voertuigen en machines hierop kunnen en die zodanig aangelegd wordt dat het spoelwater niet in het oppervlaktewater of bodem terecht kan komen. De afvoer van de reinigingsplaats kan bijkomend voorzien zijn van een slibopvang en een KWS-afscheider om slib, olie en vet uit het reiningingswater af te scheiden. Hierbij is het belangrijk dat deze slibopvang en KWS-afscheider regelmatige geledigd en gereinigd worden.
Technische haalbaarheid
Doordat het reinigingswater op veeteeltbedrijven ook mestdeeltjes kan bevatten (bv. bij het reinigen van materiaal om mest te vervoeren), mag dit niet op de riolering worden geloosd. In het geval van covergistingsinstallaties waar geen mest vergist wordt, zal dit reinigingswater geen mestdeeltjes bevatten waardoor het op de riolering kan geloosd worden indien het aan de lozingsvoorwaarden voldoet en het bedrijf geen nullozersstatuut heeft. Het reinigingswater dient echter zoveel mogelijk te worden hergebruikt om lozing van afvalwater te voorkomen. Het water dat niet meer wordt gerecupereerd en mestdeeltjes bevat moet worden afgevoerd naar de mestkelder en mee uitgereden worden als mest (zie paragraaf '(specifieke) afvalwater(fracties) opvangen en uitrijden samen met mest'). Het water dat niet meer wordt gerecupereerd en geen mestdeeltjes bevat kan geloosd worden op riool (zie paragraaf '(specifieke) afvalwater(fracties) lozen op riool') indien dit aan de lozingsvoorwaarden voldoet. Indien aansluiting op riool niet mogelijk is of toegelaten is door de bevoegde overheid dient het afvalwater eveneens gezuiverd te worden alvorens het geloosd mag worden in het oppervlaktewater (zie paragraaf '(specifieke) afvalwater(fracties) opvangen en behandelen via biologische zuivering'). Of deze maatregel op een bedrijf kan worden toegepast, is afhankelijk van de bedrijfsvoering, de erf-/terreinsituatie en de omstandigheden.
Noten:
- Door het vermengen van reinigingswater met dierlijke mest, wordt deze stroom niet meer als afvalwater maar wel als dierlijke mest beschouwd. Dit is onder andere ook van toepassing op andere afvalwaterstromen zoals het reinigingswater van het melkhuisje, vervuild met mest. Dergelijke stromen worden behandeld in aparte BBT-studies, met name deze voor veeteelt, mestverwerking en (mest)covergisting.
- De meeste covergistingsinstallaties hebben vandaag een nullozerstatuut waardoor er vanuit hun productieproces geen afvalwater geloosd wordt. Op deze bedrijven worden het hemelwater, afkomstig van verhardingen en eventueel daken, en alle afstromende erfsappen centraal opgevangen en hergebruikt. Het opgevangen hemelwater en de erfsappen kunnen mee worden verwerkt in de vergister doordat er uit deze stromen nog een hoeveelheid energie kan gerecupereerd worden. In deze situaties is het niet meer zinvol om verschillende stromen gescheiden op te vangen en daarvoor een aparte reinigingsinstallatie te hebben. Dit geldt ook voor covergistingsinstallaties zonder nullozerstatuut waar reinigingswaterstromen opgevangen worden en mee vergist worden. Hierbij moet wel vermeden worden dat er verontreiniging met olie en vetten ontstaat door het reinigen van machines. Meer informatie is o.a. terug te vinden via:
https://www.vmm.be/water/heffingen/bereken-je-heffing/berekening-voor-bedrijven-en-instellingen
Deze maatregel is technisch haalbaar voor de meeste landbouwbedrijven en covergistingsinstallaties. Op het moment van schrijven was er geen informatie beschikbaar over de implementatiegraad van deze techniek in Vlaanderen. Indien de inrichting van een aparte reinigingsplaats op het landbouwbedrijf niet mogelijk is, kan het materiaal en machines ook gespoeld gereinigd worden op de reeds aanwezige vaste mestopslag mits deze beschikt over een afvoer naar de mestkelder of mestdichte opslagvoorziening. Randvoorwaarden zijn dat er voldoende (mest)opslagcapaciteit voorzien is (op het bedrijf) of deze uitgebreid wordt indien nodig, en dat voldaan is aan de juridische bepalingen van de mestwetgeving.
Milieu-impact
Door toepassing van deze maatregel wordt vermeden dat nutriënten in het milieu (bodem, grond- en/of oppervlaktewater) terechtkomen door uitloging ter hoogte van het erf/bedrijfsterrein. De aanwezige nutriënten worden mogelijk nuttig gebruikt. Het maximaal recupereren van reinigingswater op het bedrijf resulteert in een lager verbruik van de overige waterbronnen en kadert in het ketendenken en circulariteitsprincipe, waarbij ernaar gestreefd wordt om zoveel mogelijk stromen nuttig in te zetten en deze zo weinig mogelijk te lozen. Bij de recuperatie van het reinigingswater via een aparte opslag zal er slib achterblijven. Dit slib zal als afval moeten worden afgevoerd. In het geval dat het reinigingswater gezuiverd wordt kan dit bijkomend energie, chemicaliën en (spoel)water vereisen. Daarbij kan eventueel ook afvalwater en afval (slib) vrijkomen.
Deze maatregel heeft mogelijk een impact op de keten, met name de extra hoeveelheid (verdunde) mest die verwerkt of afgezet dient worden volgens de geldende wettelijke bepalingen.
Economische haalbaarheid
De installatie van aparte reinigingsplaats is financieel haalbaar voor alle landbouwbedrijven en covergistingsinstallaties. De kostprijs van een aparte reinigingsplaats varieert naargelang onder andere het type, de uitvoeringsvorm, de grootte van het systeem alsook de eventuele nageschakelde behandelingen.
- Een reinigingsplaats met een rechtstreekse afvoer naar de mestkelder inclusief slibopvang voor reinigingswater dat mestdeeltjes kan bevatten: 4500 euro (Aarts et al., 2011);
- Een reinigingsplaats met alle voorzieningen op een aparte locatie, inclusief bezinkput en vet- en olieafscheider voor reinigingswater dat geen mestdeeltjes bevat: 7000 euro (Aarts et al., 2011).
Referenties
- Aarts et al., 2011
- Broos Water, 2007
- CVBB, 2016
- Derden et al., 2006
- Remmelink et al., 2020
- Verachter et al., 2015
- VMM, 2016
Milieuvriendelijke techniek | Technische aspecten | Milieuaspecten | BBT | ||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bewezen | Algemeen toepasbaar | Interne veiligheid | Kwaliteit | Globaal - technisch | Waterverbruik | Afvalwater | Lucht | Bodem | Geur | Afval | Energie - elektriciteitsverbruik | Chemicaliën | Impact op de keten | Globaal - milieu | Economisch |
- Legende
1 De toepasbaarheid van deze maatregel hangt af van de bedrijfsvoering, de erf-/terreinsituatie en de omstandigheden. Indien de inrichting van een aparte reinigingsplaats op het landbouwbedrijf niet mogelijk is, kan het materiaal en machines ook gereinigd worden op de reeds aanwezige vaste mestopslag mits deze beschikt over een afvoer naar de mestkelder of mestdichte opslagvoorziening.
2 BBT voor nieuwe landbouwbedrijven en covergistingsinstallaties of bij heraanleg van bestaande erven/bedrijfsterreinen met uitzondering van covergistingsinstallaties met een nullozerstatuut en van covergistingsinstallaties zonder een nullozerstatuut waar reinigingswaterstromen opgevangen worden en mee vergist worden. Voor bestaande bedrijven moet dit van geval tot geval geëvalueerd worden.